António Conceição maakt muurschilderingen van de vrouwen die generaties lang vis droogden op de zoutvelden langs de Atlantische kust. Met kwast en verf geeft hij een gezicht aan hun verhalen. Als António op locatie aan het werk is, krijgt hij tips en aanwijzingen van “aanlopers” en hoort hij weer andere verhalen over Faina Maior. Door deze wisselwerking ontstaat zijn “kabeljauwstraatkunst”, die te zien is in Aveiro en Gafanha da Nazaré.
António houdt van deze interactie en van urban art die voor iedereen toegankelijk is in tegenstelling tot de mainstream kunst, die in een atelier tot stand komt en exclusief getoond wordt aan een elitair publiek in de kunstgalerie van het moment.
António Conceição is kunstschilder. Hij is geboren in Mindelo in Kaapverdië. Als klein kind doet hij niets liever dan tekenen en als jonge tiener begint hij met het schilderen van portretten. Hij studeert bouwkunde, maar met dit diploma op zak kiest hij definitief voor de kunst. Zijn wens gaat in vervulling als hij een studiebeurs krijgt. Begin 2000 vertrekt hij naar Portugal om aan de kunstacademie van Porto te studeren. Na zijn studie blijft hij in (Noord) Portugal wonen en werken.
Schatgraven
Straatkunst heeft vaak een sociaal-maatschappelijke boodschap. Ook geeft straatkunst aan desolate ruimtes en leegstaande gebouwen een nieuwe look.
Volgens kunstschilder Paula Rego zijn “verhalen belangrijker dan beeld en zijn kunstschilders ervoor om verborgen schatten op te graven”. Hier zie je voorbeelden van de geëngageerde kunst van Paula Rego. Dit is dus geen streetart!
António’s eerste Portugese muurschildering is die bij het treinstation in Aveiro. Dit (meer) commerciële paneel van 25 meter lang maakt hij in opdracht van Leonardo Aires, eigenaar van Frigoríficos da Erida.
Leonardo Aires was vroeger zelf werkzaam in de ambachtelijke kabeljauwdrogerij. “Kabeljauw mag niet meer in de open lucht (lees: in het wild) worden gedroogd”, zegt hij. “Tegenwoordig wordt de kabeljauw – met behulp van enorme hoeveelheden elektra – industrieel verwerkt. De Voedsel- en Economische Veiligheidsautoriteit (ASAE) heeft in Gafanha da Nazaré vis in beslag genomen die volgens eeuwenlange traditie in zon en wind droogde.”
Spottend zegt hij: “Ik ga ervan uit dat de ASAE voor onze gezondheid opkomt en erop toeziet dat de kwaliteit van ons voedsel conform de reglementen is, maar we eten al eeuwenlang traditioneel gedroogde kabeljauw en daar is, volgens mij, nog nooit iemand aan gestorven. Voordat kabeljauw (traditioneel of industrieel gedroogd) in de pan verdwijnt, wordt ie langdurig gespoeld en verdwijnen met het zout eventuele “schadelijke” stoffen. En trouwens, als we geen producten mogen eten, die aan de zon en wind zijn blootgesteld, waarom is er dan geen verbod op kool en andere groenten? Bij de industriële verwerking van in nat gezouten vis worden additieven toegevoegd als polyfosfaten. Ik vraag me af of de autoriteiten (zie Verordening (EU) nr. 1068/2013) inderdaad belang hechten aan onze gezondheid of dat het hen meer gaat om de business en de centen.”
In het huidige Portugese landschap mist Leonardo het beeld van de volle waslijnen met drogende vissen. Met de muurschilderingen van António wil hij proberen de herinnering aan de traditie te bewaren. Veel Portugezen voelen zich verwant met deze muurschilderingen, die tot het Portugees cultureel erfgoed behoren.
Faina Maior
Een grotere muurschildering van António is te zien in het viaduct van Gafanha da Nazaré. Het grauwe beton is getransformeerd tot een expositie over de traditie van een volk dat met kabeljauw verbonden is. De schildering is een eerbetoon aan vrouwen uit de Faina Maior. Veel voormalige vissers komen hier om te praten en brengen me op allerlei ideeën, zegt Antonio, bijvoorbeeld om een foquim te schilderen. Dit zijn de lunchtrommels die gevuld werden met brood, olijven en gebakken vis, die de zeelieden meenamen aan boord. Hier is zo’n foquim te zien.
Voordat António aan de slag gaat, leest hij boeken en verslagen en bekijkt hij de voormalige zoutvlakten met eigen ogen. Hij laat zich door zwart-witfoto’s uit de oude doos inspireren en luistert naar de verhalen die van ouder op kind worden doorgegeven. António schildert vrolijke en energieke vrouwen die met elkaar aan het werk zijn, net zoals de de opgewekte, vindingrijke en spraakzame vrouwen uit het boek As Mulheres do Meu País van Maria Lamas. Ondanks hun zware werk onder moeilijke omstandigheden zijn ze vol levenslust. Het is net of sommigen met een spel bezig zijn, anderen zijn juist geconcentreerd aan het werk.
Maria Lamas
Maria Lamas (Torres Novas, 1893 – Lissabon, 1983) is van de eerste generatie vrouwelijke journalisten. Nadat haar eerste huwelijk op de klippen is gelopen, komt Maria uit Angola terug naar Portugal. Ze heeft een dochter en is in verwachting van een tweede kind. Van alimentatie is geen sprake, ze moet geld verdienen. Via Virgínia Quaresma kan ze aan de slag bij de American News Agency en later voor kranten als Correio da Manhã en A Época. In 1930, organiseert zij de tentoonstelling Ancient and Modern Female Work, waar een 3 duizend boeken, geschreven door 400 schrijfsters uit 31 landen, bij elkaar zijn gebracht.
In 1950 wordt haar boek As mulheres do meu país gepubliceerd. Zij doet hiervoor uitvoerig onderzoek, waarbij ze van noord tot zuid het binnenland doorkruist om getuigenissen te noteren over het dagelijks leven van vrouwen met verschillende professionele activiteiten, van leerkrachten tot werknemers.
Virgínia Quaresma
Virgínia Quaresma (Elvas, 1882 – Lissabon, 1973) is een van de eerste vrouwen die afstudeert aan de Faculteit der Letteren aan de Universiteit van Lissabon. Zij is zwart, lesbienne, activist en pionier in de journalistiek en in de strijd voor het recht van de vrouw.
Grootofficier in de Orde van Santiago
Door haar bijdragen aan de sectie Jornal da Mulher van de krant O Mundo slaat ze een brug tussen feminisme en journalistiek. Ze is directeur afdeling Portugal/Lissabon van het Amerikaans persbureau en hoofdredacteur van het tijdschrift Alma Feminina. Ze speelt een fundamentele rol in de campagne voor de goedkeuring van de echtscheidingswet (1909). Haar artikelen gaan over de ongelijkheid tussen mannen en vrouwen qua stemrecht, recht op werk, beheer van bezittingen en recht op echtscheiding. Ze ontvangt de rang van Grootofficier in de Orde van Santiago.
As murtoseiras nas secas do bacalhau
In de documentaire As murtoseiras nas secas do bacalhau vertellen 5 van die honderden tienermeisjes, nu tussen de 70 en 80 jaren oud, op een ontroerende manier hoe het toen allemaal ging. Het seizoenswerk van deze meisjes op de zoutvlakten van Murtosa (Ílhavo) was eigenlijk kinderarbeid. Ze deden dit elk jaar van oktober tot mei totdat ze gingen trouwen.
Ze namen afscheid van hun families voor maandenlang en vertrokken met niets anders dan wat kleding om na ongeveer 300 km lopen aan te komen in een soort van concentratiekamp. Ze werkten van 7 uur ’s ochtends totdat het donker was. Als de schepen geladen moesten worden duurden de werkdagen tot middernacht. Ze sliepen op armzalige bedden in nog armoedigere slaapzalen. Er was amper ruimte om te baden. Het eten was beroerd. De meisjes waren verantwoordelijk voor hun eigen voedsel, wel was er een kok om het meegenomen eten te bereiden.
Door de mensen uit Murtosa werden ze vaak met de nek aangekeken, want in Murtosa werkten de vrouwen niet “buiten de deur”, dat zou een belediging zijn aan het adres van de mannen, alsof zij niet voor hun vrouw konden zorgen. Een van vrouwen uit de documentaire herinnert zich dat ze sprinkhanen werden genoemd.
Streetart
Veel van de voormalige visverwerkingsgebouwen, -installaties en zoutvlakten zijn buiten gebruik en wachten op een nieuwe bestemming. Degenen die van urbex houden zullen deze afbeeldingen van visverwerkingsgebouwen en -installaties met plezier bekijken.
Vila do Conde
Op de plek van een van de oude gebouwen van Seca do Bacalhau in Vila do Conde staat een canvas met een oppervlakte van bijna 500 m2 ter herinnering aan de visserij-activiteiten van vorige eeuw. Het artistieke concept is van Isabel Lhano, die deze muurschildering, samen met haar zoon Luís Costa en Marco Castiço en Miguel Pipa vanuit het Urban Art Center van Vila do Conde, maakte. Op de voorgrond zijn de werkende vrouwen afgebeeld. De zijkant toont een close-up en in het midden is een zin van Valter Hugo Mãe te lezen: “Dit was de zee van dames. Hier verheerlijkten ze zichzelf en hier leden ze schipbreuk.” Hier een indruk van deze muurschildering: Os heróis nas paredes de Vila do Conde.
Valter Hugo Mãe
Valter Hugo Mãe (Angola, 1971 – Vila do Conde) is een multitalent. Hij schrijft zowel poëzie als proza. Hij startte een eigen uitgeverij, is redacteur van diverse tijdschriften, is tekenaar en had een expositie in Porto in 2017 en hij zingt in de groep O Governo. Zijn vele boeken (6) zijn lovend ontvangen en in vele talen vertaald.
Hanneke Rijkelijkhuizen zegt
Fascinerende vrouwen, mannen, verhalen.
Wat schrijf jij fantastisch, Lotte! Ook al de links leveren weer uren leesplezier op! Gelukkig ben ik gepensioneerd en heb ik er alle tijd voor. Dank je wel!
Ellen zegt
Een mooie studie Lotte. Ik kwam terecht in de film ‘AS MURTOSEIRAS NAS SECAS DO BACALHAU DE ALCOCHETE’ en werd getroffen door ‘de sprinkhanen’, vrouwen van mijn eigen generatie! Stuk voor stuk vertelden ze hoe ze door hun moeder op 10, 11 jarige leeftijd uit werken werden gestuurd en ook hoe tenslotte verachting hun deel was, omdat ‘vrouwen niet hoorden te werken’.
Overigens: ik hoor je tegenwoordig met plezier in Nooit meer slapen. Dat ben jij toch?
Ellen zegt
Sorry Lotte, ik was er intussen al achter dat ik je verwarde, met een Lotje nota bene…
Lotte Akkerman zegt
Dank je, Ellen, en ja, die dames, toen meisjes, met dromen over hoe hun leven moest worden en nu is dat alweer een heel eind op streek.
Nooit meer slapen. Ik zie dat het een cultuurprogramma op de late avond radio is. Ik weet niet of en welke Lotte Akkerman, daar aan meedoet, maar ik niet, hoor.