De slager in de kleine supermarkt Coviran is een slager, maar volgens mij geen echte slager. Jazeker, hij draagt – zoals vrijwel alle slagers – een witte schort, donkergrijze rubberen laarzen, een petje en werkt met vlees en gevogelte. Zijn etalage ligt vol met karbonaadjes, worst, kippenmaagjes, mager rundvlees en kalkoenfiletjes. En ook de varkensoren ontbreken niet, net als de zelfgemaakte kipspiezen met chorizo en ui.
Deze kipspiezen zijn zelfgemaakt, dat vertelt de slager ook altijd heel enthousiast. En daarna volgt desgewenst de beste wijze van bereiden. Als ik deze kipspiezen koop, twee stuks, vanwege de samenstelling van ons huishouden, vraag ik ook altijd even naar de beste bereidingswijze. En ondanks dat ik het antwoord al weet (een minuut of veertig in de oven op 175 graden Celsius, de ovenschaal afgedekt met aluminiumfolie om uitdroging van de kip te voorkomen, hij maakt het altijd af met wat citroen en zout…), doe ik toch altijd of het nieuwe informatie voor me is. Waarom ik dat doe, weet ik niet precies. Misschien omdat ik het idee heb, dat hij geen echte slager is. Het kan ook beleefdheid zijn.
Aanwijzingen
Een andere aanwijzing is, dat deze man niet hoeft te hakken en te zagen in varkensrompen en koeienbillen, terwijl andere slagers in Aveiro dat achteloos al pratende tussen de bestellingen door doen. Deze slager krijgt zijn vlees en gevogelte kant en klaar aangeleverd. In hapklare brokken. Waar je bij de echte slager de halve varkensruggen nog wel eens ziet hangen in de grote koeling achter de counter, als een van de slagers naar achteren loopt om iets te pakken, is dat bij de slager in deze Coviran dus niet aan de orde.
Er is wel een deur achter de counter, maar die leidt naar de kleine kantine, waar de jassen en tassen van het personeel veilig en uit het zicht van de klanten worden opgehangen. Het zou daarnaast ook niet kunnen: een grote koeling. Daarvoor is deze buurtsupermarkt veel te klein. Je koopt er de vergeten en de hoognodige levensmiddelen: een kilo suiker, een zak ribbelchips, een ui en knoflook, toiletpapier met een motiefje en een fles rode wijn uit de Alentejo. Dat soort boodschappen. En dus af en toe een kipspies. Met chorizo en ui.
Een andere aanwijzing is de slager zelf. Daar waar echte slagers toch vooral relatief klein, ruig en sterk zijn, is dit een slanke man van ongekende Portugese lengte met een verfijnde motoriek. Ook is zijn schort te wit voor het werk dat echte slagers dag in dag uit doen. Het is een vooroordeel, dat geef ik toe, maar het postuur en het voorkomen van de slager uit de Coviran past niet bij mijn beeld van een echte slager.
Zeker weten
Een paar dagen geleden kreeg ik het laatste stukje bewijs aangeleverd. Ik bestelde kipfilet en hij vroeg me of het ook ‘peito de franga’ mocht zijn. De vraag ging vergezeld met een brede en afwachtende glimlach. Ik lachte uiteraard hartelijk met hem mee. Ja, natuurlijk, goed gevonden. Raar toch ook, dat een kip van het vrouwelijk geslacht is, maar taalkundig niet. Om de grap af te maken om daarna snel naar huis te kunnen gaan, bestelde ik uitdrukkelijk overdreven gearticuleerd twee ‘pa-na-das’. Maar nee, daar ging deze slager niet in mee. Dat waren tenslotte gewoon ‘panados’, zei hij zachtjes voor zich uit en pakte de schnitzels met zijn ongekend lange en ranke armen in een veels te witte mouw uit de vitrine.
En toen wist ik het zeker: deze man is geen echte slager.
Peter zegt
Whahahaha, schitterend stukje. Heel leuk om te lezen.
Dank daarvoor!
Peter Hoogeweg zegt
Dankjewel, Peter!
Ellen zegt
Hee! Hebben jullie een vegetarische slager in Aveiro? Leuk stukje, Peter!
Peter Hoogeweg zegt
Bedankt, Ellen! Er was een vegetarische slager in Aveiro, maar die is al weer jaren geleden gesloten.