Heb je de turbulente ontwikkelingen in de Portugese politiek in de afgelopen maanden kunnen volgen? Zelfs voor wie de Portugese taal machtig is en dagelijks de journaals en kranten bijhield was het een hele toer. Hoewel ons ongetwijfeld nog veel te wachten staat, praat ik je hier graag even bij over de ontwikkelingen sinds de parlementsverkiezingen van 4 oktober 2015.
De afgelopen jaren was Portugal politiek behoorlijk stabiel. Het bezuinigingsprogramma verbonden aan de Europese steunoperatie uit 2011 werd in relatieve rust uitgevoerd door de regering van eerste minister Pedro Passos Coelho (tevens politiek leider van de PSD), die zijn termijn van vier jaar regulier uitzat. Dat is in een land met 21 regeringen in 40 jaar bepaald geen gegeven. Maar net zoals in Griekenland en Spanje nam het verzet tegen bezuinigingen gedurende die regeringstermijn toe, al werd geen nieuwe politieke partij geboren. Bij de verkiezingen op 4 oktober 2015 vertaalt de weerstand tegen de “austeridade” zich in zetelwinst voor de communisten (PCP), het linkse blok (BE, Bloco Esquerda) en de socialisten (PS) en verlies van zetels voor de regeringscoalitie “Portugal à Frente” van CDS en PSD.
Zetelverdeling
De zetelverdeling in de Assembleia de República na de verkiezingen van 4 oktober 2015:
- CDS (Paulo Portas*): 18 zetels
- PSD (Pedro Passos Coelho): 89 zetels
- PS (António Costa): 86 zetels
- BE (Catarina Martins): 19 zetels
- PCP (Jerónimo de Sousa): 15 zetels
- Overigen: 3 zetels
- Totaal: 230 zetels
*Paulo Portas heeft op 29 december aangegeven zich niet herkiesbaar te stellen als leider van de CDS en het parlement in het voorjaar van 2016 te zullen verlaten, na een politieke carrière van 20 jaar.
Minderheidsregering Pedro Passos Coelho
De PSD blijft wel de grootste partij en wordt door president Cavaco Silva gevraagd om een regering te vormen. Het lukt echter niet om tot overeenstemming met de socialisten te komen, die star vasthouden aan hun verkiezingsbeloften om vele bezuinigingsmaatregelen ongedaan te maken. De socialistische voorman António Costa doet in plaats daarvan een tegenvoorstel aan Cavaco Silva om een minderheidsregering te vormen van de PS met steun van de PCP en het Bloco Esquerda (BE). De president volgt echter de Portugese gewoonte om de leider van de grootste partij tot “primeiro ministro” te benoemen en zo treedt op 27 oktober 2015 een minderheidsregering van PSD en CDS aan onder leiding van Pedro Passos Coelho.
Bij de presentatie van het regeerplan in het parlement op 10 november 2015 wordt deze regering door de linkse partijen direct weggestemd. Dat gaat met een zekere arrogantie gepaard, er wordt op dat moment nauwelijks gecommuniceerd in het parlement en des te meer in de media, waardoor op de sociale platformen en in de pers een duidelijke weerstand onder het Portugese volk kan worden geproefd tegen de gang van zaken. De algemene opinie is dat de leider van de grootste partij nu eenmaal eerste minister zou moeten zijn, al is dat geen wet.
Minderheidsregering António Costa
President Cavaco Silva neemt vervolgens ruim de tijd om advies in te winnen bij zo´n 30 instanties, partijen, organisaties en prominenten over de vervolgstap en benoemt dan eindelijk de leider van de socialisten António Costa tot eerste minister, maar pas nadat hij van deze nog extra garanties heeft gevraagd om de stabiliteit van de toekomstige regering te waarborgen. Cavaco Silva kan op dat moment ook eigenlijk niets anders. Het is wellicht beter nieuwe verkiezingen uit te schrijven maar grondwettelijk kan dat pas 6 maanden na de voorgaande stemronde, dus in april 2016. En een demissionaire regering van 5 maanden ziet niemand zitten, overigens ook de PSD en Pedro Passos Coelho niet.
Op 26 november 2015 treedt dus een minderheidsregering uit louter PS-ministers en -staatssecretarissen aan onder leiding van eerste minister António Costa, met parlementaire steun van de communistische partij (PCP) en het linkse blok (BE). Er is echter geen gezamenlijke regeringsverklaring noch een door alle betrokken partijen getekende overeenkomst. De samenwerking is vooral gebaseerd op het verlangen om bezuinigingen en besparingen terug te draaien, er zijn uitgangspunten bilateraal op papier gezet maar dus niet als coalitie. Een financiële paragraaf ontbreekt in deze documenten, er is afgesproken dat er veel gaat veranderen maar niet hoe dat gaat worden betaald. Wie de overeenkomsten leest krijgt op geen enkel moment het gevoel dat ze een langdurig karakter hebben. De communisten en het linkse blok verbinden zich eigenlijk tot heel weinig en zeggen in de media dat ze iedere maatregel van de regering tegen het licht van het eigen partijprogramma zullen houden. Deze minderheidsregering lijkt op een zeer zwakke fundering gebouwd. António Costa is echter vol vertrouwen en trots dat hij nu de belangrijkste ambtenaar van het land is en begint onmiddelijk met het uitvoeren van zijn verkiezingsbeloften en die van zijn parlementaire steunpilaren (zie kader). De “staatsgreep” van PS, PCP en BE wordt voortvarend doorgezet en zo wordt ook de voorzitter van het parlement niet uit de grootste fractie gekozen (het wordt de socialist Ferro Rodrigues).
Ontzuinigen
António Costa maakt tempo met ontzuinigen: de meest in het oog springende maatregelen die de nieuwe regering wil doorvoeren nog vóórdat de begroting 2016 is goedgekeurd door de EU en het eigen parlement, zijn: verhoging van het minimumloon met circa 5% tot 530 euro, nationaliseren van vliegmaatschappij TAP, verlagen van de BTW op café- en restaurantbestedingen van 23% naar 13%, indexeren van de staatspensioenen (de “reformas”), verminderen van de sobretaxa IRS, de extra inkomstenbelasting, uitbreiden van het aantal nationale feestdagen. Een aantal van deze maatregelen is al geëffectueerd maar of deze houdbaar zullen blijken in de begroting 2016 moeten we afwachten.
Scheuren
De eerste scheur in de nog maar net afgebakken coalitie ontstaat al op 23 december 2015, als zowel de communisten als het linkse blok tégen de begrotingswijziging stemmen die nodig is om de verkoop van het staatsbelang in de Banif-bank (met 4 miljard euro verlies!) mogelijk te maken. De regering kan dan al vallen, ware het niet dat nota bene de PSD te hulp schiet en zich onthoudt van stemmen. Daardoor wordt het voorstel onverwacht toch aangenomen. António Costa komt met de schrik vrij maar heeft wel een enorme waarschuwing te pakken. De begroting 2016 moet immers nog worden gemaakt en goedgekeurd, en zonder begroting kun je niet regeren. Hoe fragiel de situatie is blijkt in de loop van januari 2016, als de bezwaren van de Europese Commissie, het Internationale Monetaire Fonds en de Eurogroep tegen de Portugese ontwerpbegroting doorsijpelen. Op dat moment hebben de diverse kredietratingbureaus al laten weten geen vertrouwen te hebben in de te optimistische cijfers. António Costa zegt echter vol vertrouwen te zijn dat hij tot een accoord met de Portugese schuldeisers kan komen. Tegelijkertijd spreken PCP en BE harde woorden over de begrotingsregels. Zij beschuldigen “Brussel” van chantage, het lijkt er niet op dat ze veel flexibiliteit aan de dag zullen leggen wanneer er aan de ontwerpbegroting gesleuteld moet gaan worden.
Presidentsverkiezingen
Intussen lukt het de linkse partijen ook niet om een gezamenlijke kandidaat te nomineren voor de eerste verkiezingsronde van de presidentsverkiezingen op 24 januari 2016. Men gokt erop dat een tweede ronde nodig zal zijn, er zijn immers maar liefst 9 kandidaten en alleen als in de eerste stemronde een kandidaat meer dan de helft van de uitgebrachte stemmen behaalt is deze direct gekozen. Als niemand de 50% haalt komt er een tweede stemming en doen alleen de twee hoogst geëindigde kandidaten uit de eerste ronde mee. Het Portugese volk is echter verrassend eensgezind en kiest met 52% van de uitgebrachte stemmen de conservatieve PSD-kandidaat Marcelo Rebelo de Sousa tot nieuwe president van Portugal. Daarmee haalt deze ruim 700.000 stemmen meer op dan António Costa deed bij de parlementsverkiezingen, een teken aan de wand en dat pas twee maanden na het aantreden van de socialistische regering.
De nieuwe president treedt echter pas in functie op 9 maart 2016 en zijn bevoegdheden zijn beperkt. Maar de president heeft zeker geen strict ceremoniele functie, hij kan onder andere het parlement ontbinden en nieuwe verkiezingen uitschrijven als de boel onhoudbaar wordt. Die bevoegdheid bezorgt António Costa welhaast zeker hoofdbrekens.
Vervolg
In mijn inleiding schreef ik al dat ons ongetwijfeld nog veel te wachten staat. De uiteindelijke begroting speelt daarbij een belangrijke rol. Hoe ziet deze eruit en door wie wordt hij gesteund en uitgevoerd. Maar net zo belangrijk is: wat komt er uiteindelijk terecht van de ontzuinigingen en de groeiverwachtingen. Ik volg het met spanning en ik kom er dit jaar zeker nog op terug.
Peter Hoogeweg zegt
Interessante en leuke column. Dankjewel, Cees!
Ellen Lanser zegt
Ik kon er idd geen wijs meer uit – dankjewel voor deze samenvatting. Wat mij nog wel bezighoudt: na alle protesten tegen de bezuinigingen dan nu een socialistische pm die dat wil verbeteren, en dan toch een PSD president kiezen? Dat snap ik niet.
Ik kijk uit naar je volgende stuk!
Anja Ligtenbarg zegt
Verhelderend! Hartelijk dank en zie alweer uit naar het vervolg 😉
Caro zegt
Dank u voor deze heldere uitleg!
Cees Groenewegen zegt
De winst van de PSD kandidaat bij de presidentsverkiezingen heeft veel te maken met het gevoel onder de bevolking dat António Costa onterecht premier is. Men vindt dat de partij met de meeste zetels de premier zou moeten leveren. Maar wat ook mee zal spelen is dat Marcelo Rebelo de Sousa een ervaren politicus is die als commentator op televisie veel bekendheid heeft opgebouwd. Het lijkt erop dat de “zwevende kiezer” geschrokken is van de ontwikkelingen en nu naar rechts overhelt.
Cees Groenewegen zegt
Naschrift (na anderhalf jaar): Costa zit er nog, ook tot mijn verbazing. Hij is een kundig manager gebleken die zijn steunpartijen BE en PCP aardig onder de duim heeft (al geven dezen dat nooit toe). Daarnaast heeft hij het economisch tij mee. In 2017 weet hij het begrotingstekort on der de Brusselse norm van 3% te houden. Maar hij ontkwam er niet aan om de totale staatsschuld wederom te laten stijgen. Zolang de rente historisch laag blijft gaat dat wel goed. En vooralsnog ziet het er niet naar uit dat die rente snel gaat stijgen. Dus Costa zou zomaar zijn regeringstermijn vol kunnen maken……
Han Overkamp zegt
Bedankt Cees dat je nog even aandacht vraagt voor dit artikel middels bovenstaande reactie.
Ik heb het met belangstelling gelezen.
Ik begrijp dat je enigszins verbaasd bent dat je eigen voorspelling van destijds: Costa gaat het niet redden, niet uitkomt naar het zich laat aanzien. Ik geniet ervan dat Portugal een onvoorspelbaar land is, ook politiek gezien. Het maakt het leven aangenamer dan wat ons hier in Nederland te wachten staat met een nieuw kabinet: meer van hetzelfde.