Vanaf grote hoogte kijk ik uit over de eindeloosheid van de oceaan. Die deint en kolkt rondom de kaap. Net gearriveerd op dit uitzichtpunt. Via een spinnenweb van kleine landweggetjes en authentieke dorpjes.
Onheil
Corona, geen gangbaar woord. Vagelijk ergens in ’t achterhoofd. Aanvankelijk een virusinfectie die China in de greep houdt. Op duizenden kilometers hiervandaan. Een treurige toestand voor de getroffenen. Nauwelijks ongerustheid over de Chinese arts. Die de noodklok luidt. Beschouwd als een ver-van-ons-bedshow. Sciencefiction op z’n minst.
De branding sproeit. Bosschages en wilde grassen ruisen in de zoele wind. De hemel is droog, helder en opgeruimd. Opgelucht naar ’t schijnt. Bevrijd van de toorn van een onweersbui. De Covid-19-pandemie werpt een schaduw vooruit. Over West-Europa dat spoedig op z’n kop staat.
Gelukkig is daardoor niet de hele mensheid ziek. Gaandeweg raakt iedereen ervan in de ban. Verderop een beetje voorzichtig over de rolstenen op het smalle pad. Overgroeid met rozemarijn en bezemkruid. Waarvan een heerlijk friszoete geur opstijgt. Voor wat beter zicht.
Een verhelderende blik op de wereld om mij heen. De hemel is smetteloos blauw. Cabo Sardão is een woest landschap. Van daaruit kijk je uit over de grillige kustlijn. De enige plek ter wereld, naar ik begrijp. Waar de witte ooievaar nestelt op de kliffen. Gevlucht voor steeds maar weer hetzelfde lied.
Pressie
Crisisverhalen over nieuwe brandhaarden van besmetting. Onontkoombaar, een zegen zelfs. Als je verlegen zit om een praatje. Zoals de medepassagier naast mij. Hij hield er maar niet over op. Ondanks de signalen die ik uitzond. Onbegrijpelijk dat ie ze niet oppikte. Zijn virusweetjes boeiden mij geenszins.
Verloren dwaal ik rond in dagdromerijen. Vol beelden uit een nabij verleden. Dolend door het bestaan van toen. In een wereld die tegenwoordig onwerkelijk lijkt. Waarlijk een bevrijding. Van de mediaterreur door dagelijkse nieuwsflitsen. Heel de dag lang op de radio of televisie. Epidemieën zijn van alle tijden. Er is veel veranderd sinds de middeleeuwen. Onuitroeibaar blijft een diepgewortelde angst.
Nog maar zo kortgeleden. Je vindt niet snel iets, schreef iemand. Dat sommigen zo verbindt als nieuwe ziektekiemen. Oké vooruit dan de Elfstedentocht, een orkaan of het EK-voetbal. In mijmering verzonken op deze hoge klip. Verrast door haar ongereptheid. Vanaf de haven van Sines veranderen paradijselijke uitgestrekte zandstranden. In afwisselend zachte baaien met schilderachtige rotspartijen.
Lente
Wederwaardigheden over een onzichtbare vijand. Die naderbij sluipt en doodsangst aanjaagt. Eindelijk kreeg hij ’t door en liet mij met rust. Gedurende de resterende tijd. Van onze vlucht naar Faro. Zijn quasi ongerustheid klonk zoals het overkwam. Alsof hij sprak over een lichte aardbeving. En vergeten nieuwsfeiten. In een of ander Verweggistan.
Met zo’n onuitspreekbare naam. Nogal vagelijk en alleen om het gesprek gaande te houden. Al van ver hoor je ze klingelen. De bellen van schapen en koeien in de weides. Voorjaar in de Alentejo. Velden gevuld met rood, geel en wit. Als alle bloesems in volle bloei staan. Totdat het niet meer mag. Sluiten wij onszelf niet op.
Hup, naar buiten zoveel mogelijk en zolang als toegestaan. Genieten van de natuur, rondwandelend. Of aan de kust om te luisteren. Naar het geluid van opkomend tij. Het is natuurlijk een schok. Microbeestjes waar wij nog geen antistoffen tegen hebben. Griezelen, ho nou, wacht effe.
Wel bij de les blijven, joh. Anderhalve kilo zeult de mens met zich mee. Aan bacteriën, virussen, schimmels en archaea. Je ziet ze niet, maar ze zijn er wel. Elke dag volop en overal.
Snoepgoed
Zomaar een honderdduizend miljard. Op je huid, in de mond en slijmvliezen. Opeengehoopt in neusholten, luchtwegen en darmen. Meer cellen van micro-organismen in ons lichaam, dan organische, las ik. Ongerustheid om vuil, insecten, parasieten. Laat beangstigende gedachten niet overheersen.
Opgezadeld met een ongewenste gast. Die zich niet makkelijk laat wegjagen. Het virus zal voorlopig nog onder ons blijven. Volgens deskundigen geen paar weken, maar eerder maanden. Enfin, niemand die in een onzekere toekomst kan kijken.
In een schone mond zitten tussen de 1000 en 100.000 bacteriën op elke tand. Dus denk ik liever aan opbeurend nieuws: chocolade. Een lekkernij met een antibacterieel effect in je mond. Dat bovendien beschermt tegen tandbederf. Instinctief is de mens geneigd om de aandacht te richten op gevaren.
Prima, immers dat helpt om te overleven. Maar positieve gedachten zijn heilzamer. Doemdenken helpt je in de put. Vermijden van horrorverhalen verbetert het mentale welzijn. In balans met de dagelijkse realiteit. Zon, maan en sterren draaien eeuwig om dit unieke stukje aarde. En de mensen beneden, even nietig als mieren.
Met z’n allen krioelen wij onder de hoge hemelkoepel. Gewoon alledaags welbeschouwd. Krek, net als al die microben.
Karel J.A.M. Want zegt
Leuk verwoord.
Robert Steur zegt
Dag Karel,
Fijn om te lezen dat je mijn stukje waardeert.
Vriendelijke groet,
Robert Steur
Annette zegt
Heerlijk Robert zo je gevoelens weer te geven, natuur en mens samen een!
Inderdaad weg van angst voor iets onzichtbaars, maar vooral genieten van het moment.
Onze overwoestbare geest is immers zo sterk mits we bij onszelf bljven.
Portugal, ja een prachtstek om te mijmeren, leven bij de dag!
Bedankt Robert voor deze positieve inzet in een voor mij zeker bewust waanzinnig opgeklopte tijdsspanne!
Laten we dankbaar zijn voor al het goede dat altijd ruimschoots aanwezig is in en om ons heen!
Mooie dag gewenst!
Robert Steur zegt
Dank je wel, Annette voor je reactie. Fijn te weten dat mijn artikel je goed heeft gedaan. Ook jou wens ik een plezierige dag toe.
Met een vriendelijke groet,
Robert Steur
Hilly zegt
Mooi geschreven Rob!
Robert Steur zegt
Dank je wel Hilly voor je compliment.
Susanne zegt
Dag Robert
Een mooi positief stukje.
Al vind ik het wel jammer dat ik niet naar mijn huis in Portugal kan.
Robert Steur zegt
Jammer, Susanne, dat de reisbeperkingen nog steeds gelden. Kan mij je teleurstelling daarover goed voorstellen. Zelf houd ik mij vast aan dromen over betere tijden die in verschiet liggen.
Dank voor je reactie.
Vriendelijke groet,
Robert Steur