Portugezen hebben de reputatie dat ze zich liever gedekt houden en zich niet graag vastleggen met exacte informatie. Is het door onzekerheid, een bepaalde schuchterheid of uit beleefdheid?
Over de hoge kunst van het zich niet vastleggen
Wat zeggen Portugezen om steeds hun handen vrij te houden? In het Portugees zijn er heel veel uitdrukkingen waarmee men kan voorkomen zich vast te leggen. Het bekendste is het reeds spreekwoordelijke mais ou menos.
In Portugal behoor je nooit ‘nooit’ te zeggen of bijvoorbeeld: desta água não beberei (van dit water drink ik niet). Per slot van rekening kunnen de dingen zus of zo zijn: assim ou assado. En hoe makkelijk kan het zijn dat schijn bedriegt: as aparências iludem. In plaats van een exact antwoord hoort men daarom vaak een berustend: é muito complicado (het is erg ingewikkeld). Een geliefde formulering om zich gedekt te houden is: sei lá (wat weet ik ervan?). Of nog vager: sabem lá (wie zou dat weten?).
Deze uitdrukkingen van ‘onderdrukte radeloosheid’ worden begeleid door lichaamstaal: het optrekken van de schouders en het gelijktijdig spreiden van de armen. Net als het gebaar van Cristo Rei, het buitengeproportioneerde Christusbeeld aan de zuidoever van de Tejo. Boze tongen zien de als zegenrijk bedoelde houding meer als een jammerklacht en radeloosheid bij de aanblik van alle ellende die zich in de tegenoverliggende metropool voordoet.
Zelfs wanneer ze zeker zijn van hun zaak, confronteren Portugezen, met name degenen die uit een wat hoger opgeleid milieu komen, hun gesprekspartner niet met knalharde meningen. Maar ze leiden hun woorden in met relativerend gedraai zoals: acho que, creio que, julgo que (ik denk dat…/ik geloof dat…).
Om uit te drukken dat het, bij wat er verder komt, slechts gaat om een persoonlijke mening beschikt het Portugees over een arsenaal aan zinswendingen. Zoals na minha opinião, no meu entender, no meu parecer, a meu ver, conforme penso, quanto a mim, do meu ponto de vista, na minha ótica, na minha maneira de ver.
Getallen, hoeveelheden en de tijd
Ook bij getallen, hoeveelheden en de tijd legt de Portugees zich niet graag vast. Daarbij zijn het meest indrukwekkend de tijdbepalingen. De vrijblijvendheid weerspiegelt (laten we het zo maar noemen) een ontspannen verhouding tot de tijd. Spreekwoordelijk is de minuto portuguȇs die veel langer dan 60 seconden kan duren.
Wanneer je iemand graag precies om vijf uur wil ontmoeten, dan moet je met hem uitdrukkelijk afspreken: as cinco em ponto. Echter, tot een dergelijke exacte en vastleggende afspraak zal bijna geen enkele Portugees zich laten verleiden. Integendeel: vaak wordt voor de kloktijd het relativerende pelas gezet. Of men kan voor de kloktijd zetten: por volta de, cerca de, aproximadamente, sensivelmente en natuurlijk ook mais ou menos.
Totaal vrijblijvend wordt het als voor pelas nog lá komt: lá pelas cinco. Bij een dergelijke afspraak kun je rustig rekening houden met een vertraging van een uur of meer. Maar nog vrijblijvender is het als iemand je zegt iets oportunamente te zullen afhandelen. Dat wil dan zeggen als het hem uitkomt, maar dat kan in werkelijkheid ook betekenen dat hij nooit komt opdagen.
De hierboven bij de kloktijden genoemde uitdrukkingen voor ‘ongeveer’ gelden natuurlijk ook voor het relativeren van getallen. Zoals cerca de dez pessoas (zo’n tien mensen), por volta de mil saldados (ongeveer duizend afgerekend), aproximadamente dois metros (ongeveer twee meter), há sensivelmente dois anos (circa twee jaar geleden).
Een typisch Portugese vorm van relativeren bestaat eruit om voor het getal de meervoudsvorm van het onbepaalde lidwoord te zetten. Zoals uns vinte quilómetros (een kilometer of twintig), umas dez laranjas (zo’n tien sinaasappelen). Maar het meest gebruikelijk blijft toch mais ou menos. Vaak is het ook het antwoord op de vraag: como está (hoe gaat het). Maar dan speelt er eigenlijk een negatieve betekenis mee ‘eerder minder dan meer’.
Dat Portugezen zich wel degelijk bewust zijn van hun vrijblijvendheid blijkt uit het feit dat zij over hun land graag spreken als het land van mais ou menos.
Dit is deel 2 van de serie “Portugese taalweetjes”. De andere delen kun je hier lezen: alle taalweetjes.
Met dank aan Peter Koj van Associação Luso-Hanseática.
Dit artikel werd eerder gepubliceerd in Portugal Portal op 20 juni 2017.
Cees Groenewegen zegt
Leuk artikel! Maar de vertalingen in dit stuk zijn ook “mais ou menos”. Uns vinte kilometros is niet ongeveer twee maar ongeveer twintig kilometer. Cerca de dez pessoas kunnen ongeveer 10 zowel mannen als vrouwen zijn. Por volta de mil saldados betekent “ongeveer duizend afgerekend”. Soldaten zijn soldados. Is inderdaad maar één letter verschil, dus “mais ou menos” klopte de vertaling wel 🙂
Winy Schalke zegt
Hoi Cees, bedankt voor je verbetersuggesties. Ik heb de ze toegepast.
Junte Schwartz zegt
Aan dat ‘mais ou menos’ voeg ik er nog een aan toe. In de buurt waar ik woon, antwoordt de man die ik met regelmaat ontmoet en aan wie ik vraag hoe het met hem gaat, steevast met:”cinquenta cinquenta” (vijftig vijftig).
Leni zegt
Kan je hem eens vragen waarom hij dat zegt..ik heb dat nog nooit iemand horen zeggen. Vaak zeggen ze wel assim assim?