Tomar, het lieflijke stadje in het hart van Portugal, is wereldberoemd door zijn kruisridder-kasteel uit de 11e eeuw en het in de 16e eeuw aangebouwde klooster. Het Templários kasteel en de Convento de Cristo kijken neer op het goed intact gehouden, knusse oude stadsdeel met aan de andere oever van de Rio Nabão de woonwijken van later data.
Er is een plezierig eilandparkje in de rivier en bovendien een prachtig “echt” bos, het weelderig over zeven heuvels uitgestrekte Mata Nacional dos Sete Montes. Er is natuurlijk méér over Tomar te zeggen, maar ik wil me vandaag bezighouden met een van de “monumenten” die laten zien wat één enkel toegewijd mens kan bewerkstelligen.
Museu dos Fósforos
In het Museu dos Fósforos kan een privé-collectie van maar liefst 43.000 verschillende luciferdoosjes worden bewonderd. En als dat niet voldoende is om je met stomheid te slaan, zijn er altijd nog 16.000 designs te bekijken die ingeplakt zijn in boeken.
De enorme collectie lucifermerken en designs werd in 1980 aan de gemeente Tomar geschonken door de plaatselijke maar internationaal opererende zakenman Aquiles da Mota Lima. De collectie kreeg een eigen museum aan de Avenida General Bernardo Faria, honderd stappen vanaf het station, rechtdoor, aan de linkerkant.
Het museum is ieders bezoek waard en niet enkel voor de fascinerende collectie (de grootste ter wereld), ook voor de locatie in de lieflijke binnenplaats van het Convento de São Francisco naast de gelijknamige kerk, die dan wel geen uitzonderlijk bouwwerk is maar toch interessant genoeg om even binnen te stappen. Aan de binnenplaats, waar het stil toeven is, vind je overigens ook de werkplaats van een lokaal vrouwencollectief dat met de hand beschilderd, traditioneel keramisch werk vervaardigt. De werkplaats kan bezocht worden.
De troonsbestijging
Het toeval bracht Aquiles tot het verzamelen van luciferdoosjes. Varend naar Londen ontmoette hij een aardige Amerikaanse dame die een verzamelaar was en die hem vroeg op zijn reizen zijn ogen open te houden voor bijzondere ontwerpen. “Stuur ze me toe, wilt u?” In Londen was het meteen raak. Het was 1953, het jaar van de troonsbestijging van Elizabeth II en natuurlijk werden er ter gelegenheid van dit heuglijk feit allerhande memorabilia op de markt gebracht, waaronder, jawel, lucifersdoosjes met haar beeltenis.
Toen Aquiles terugkeerde naar Portugal had hij dit en nog een honderdtal andere Britse designs vergaard, een set voor zijn Amerikaanse vriendin, en meteen een tweede set voor hemzelf, hij was immers toch bezig. En hij blééf bezig met verzamelen: de collectie omvat intussen doosjes uit 127 landen die tezamen, “oh, minstens twee, misschien wel drie miljoen lucifers bevatten,” zegt Ana Cristina Rosário, de enthousiaste gastvrouw van het museum dat eigenlijk nog geen officieel gemeentelijk museum is, maar: “een collectie, we hopen snel aan alle regels te voldoen teneinde de museumstatus en daardoor ook kans op subsidie te krijgen.”
En betere waar, én 10%
Het oudste doosje van de collectie dateert van laat in de 19e eeuw. De onderwerpen die afgebeeld zijn variëren van sociale geschiedenis tot kitsch. Er zijn pin-ups van alle tijden, er zijn bijzondere gebouwen, oud en nieuw, de uniformen van tientallen legers, allerhande voertuigen, getekend of gefotografeerd, van boerenkarren tot Formule1, filmsterren, voetballers, dieren, van katjes tot renpaarden en slangen, gekroonde hoofden en edelen uit alle landen, windmolens, beroemde balletdanseressen, reproducties van kunstwerken, wapentuig, nationale vlaggen, allerlei vaartuigen inclusief oorlogsschepen en zelfs “gewoon” teksten, van gedichten tot recepten voor maaltijden.
Er zijn ook doosjes die als puzzelstukken aaneen te leggen zijn en grote dozen voor bijzondere gelegenheden of als reclame-uiting. Het zal Hollanders in Portugal goed doen een enorme serie doosjes uitgegeven door het aloude “nationale” kruideniersbedrijf De Gruyter tegen te komen naast beelden van heel Kinderdijk, de spelers van de halve KNVB Eredivisie in hun teamshirts naast De Zangeres Zonder Naam en de zojuist “uit het vak gestapte” Anneke Grönloh.
Zeven volle zalen
Na het overlijden van Aquiles werd de collectie voortgezet door zijn dochter Maria Helena da Mota Lima. In 2017 is zij, heel frêle, nog bijna dagelijks eventjes in het museum aan te treffen, waar de luciferdoosjes per land zijn gerangschikt, en soms ook per onderwerp, en uitgestald worden in zeven zalen vol vitrines. Eén bezoek is onvoldoende om een goede indruk van de collectie te krijgen.
Ikzelf ben al veel keren binnengewipt en blijf maar nieuwe designs ontdekken, maar ik woon dan ook bijna “om de hoek.” Ik word telkens weer verrast, door doosjes uit de Weimar-periode maar ook van nazi-Duitsland, door ontwerpen daterend van de Russische Revolutie en uitgegeven door de latere Sovjetstaat. Ook het Cuba van Castro laat zich zien, en er zijn hele rijen van tirannen en despoten die voor een flink deel alweer uit de geschiedenisboeken zijn weggeschreven. Veel namen van beoefenaars van (alle takken van) sport blijken langer in het geheugen te hangen. De Olympische Spelen zijn natuurlijk ook goed vertegenwoordigd. Er zijn primitieve designs en doosjes die perfect ontworpen en heel precies gedrukt zijn. De kwaliteit varieert per land en periode. Er zijn doosjes die “wat te zeggen hebben” en vrolijke doosjes die duidelijk op het (na)gebruik door kinderen zijn afgestemd.
Jackie Chan
Mijn nieuwsgierigheid was al na mijn eerste bezoek aan Fósfores gewekt, reden waarom ik op onderzoek naar andere collecties uit ging. Ik vond heel wat “Matchbox museums,” maar moest ontdekken dat de meeste zich met het verzamelen van de gelijknamige Matchbox-modellen van auto’s bezighielden, met slechts af en toe aandacht voor een luciferdoosje met de afbeelding van zo’n miniatuur. Maar… in Sjanghai net om de hoek van het Jackie Chan Museum gedenkt de stad zijn zaken- en reclamegeschiedenis met duizenden luciferdoosjes: de designs van advertenties, billboards en produktverpakkingen.
Daar in Sjanghai schijnen zelfs oeroude doosjes te vinden te zijn uit de tijd van de Qing dynastie. De modernere betuigen eer aan bekende zakenlieden zoals Yang Jichuan, de “koning van de elektrische ventilator” en Zhu Baosan, ook al een koning maar dan van “de bakolie.” Het gebouw van dit Matchbox & Brand Museum is een curiositeit op zich: een van de muren is gedecoreerd als een gigantische lucifersdoos terwijl de luifel bij de ingang hoog wordt gehouden door twee enorme lucifer-pilaren. Ik las dat het museum in 2015 vanwege overstroming gesloten was; tot dusver heb ik niet kunnen ontdekken dat het opgeheven is.
Strijkstokjes
Voor wie niet direct in Sjanghai denkt te zijn: er zijn goede kansen ook elders een collectie te ontdekken. In Los Angeles is een Matchbox Museum of Fine Art, geen museumgebouw, maar een speciale “levende” collectie. Deze is het initiatief van grafisch ontwerpster Hillary Kaye die boekomslagen uitvoert op luciferdoosjes omdat, zoals zij zegt, “die doosjes en kunst prima samengaan, allebei verlichten ze onze weg.” Deze doosjes worden in allerlei “goede” boekhandels in de V.S. verkocht.
Aan de andere kant van het continent, in Boston, heeft het Museum of Fine Art een plakboek in de collectie met 119 pagina’s gevuld met 917 antieke Japanse luciferlabels. Die collectie werd in 2012 op een vlooienmarkt in Tokyo ontdekt. Zuidelijker, in Mexico City, staat een museale Cajas de Fósforos, maar hun collectie háált het niet bij die in Tomar.
In Jönköping ten zuid-westen van Stockholm is ook een museum, maar dat werd gesticht door de beroemde luciferproducenten Lundstrom en laat vooral het productieproces van de “strijkstokjes” zien. Dat is het eigenlijk: er zijn nog wel privé-verzamelaars van het type Aquiles da Mota Lima all over the world, en sommigen hebben vele duizenden doosjes in hun collectie, maar niemand evenaart Aquiles. Op naar Tomar, dus!
Mujeres Públicas
Toch zijn niet al te ver van Tomar nog heel bijzondere luciferdoosjes te bewonderen. In Madrid is het Museo Centro de Arte Reina Sofía die ooit gerucht maakte met het tentoonstellen van de contemporaine installatie ‘Cajita de fósforos’ oftewel Klein luciferdoosje, dat groot was in plaats van klein en tweezijdig bedrukt, met aan de ene kant de afbeelding van een brandend kerkgebouw en aan de keerzijde de tekst “De enige kerk die verlicht, is de kerk die brandt. Steunt ons!” Dit was het motto van de 20e eeuwse Spaanse anarchist Buenaventura Durruti die de tekst op zijn beurt van de Russische filosoof Piotr Kropotkin had geleend. De installatie is van de hand van Mujeres Públicas, geen dames van lichte zeden zoals je misschien denkt, maar een Argentijns feministisch kunstenaarscollectief.
Johan Anton Franzen zegt
Niet te vergeten de vroegere synagoge met zijn accoustiek
R. E. Stuut zegt
is er ook eencatalogus van lucifers etiketten uit Portugal?
Gerda van Holland zegt
Heel veel Nederlandse lucifersetiketten (Geen doosjes) in mijn bezit. Is daar voor het museum belangstelling voor?
Cees Groenewegen zegt
Het beste kun je contact met het museum opnemen, in deze link vind je de exacte lokatie en een telefoonnummer: https://www.visit-tomar.com/Places/Details/museu-dos-fosforos?cat=wtd