Niet iedereen heeft er oog voor. Natuurlijk niet, we hebben allemaal onze voorkeuren, onze hobby′s, onze velden van belangstelling. Een van mijn interessegebieden is hedendaagse kunst alsmede architectuur en design. Daar lag ook mijn werkend leven zowel in Nederland als later in de Verenigde Staten. Nu, in Portugal wonend, geniet ik enkel passief, al doe ik nog wel vertalingen Nederlands-Engels voor Nederlandse en Vlaamse kunstenaars en ontwerpers. Contemporaine kunst in Portugal. Ik kijk verrast mijn ogen uit.
Hoog niveau
Het zou weinig boeiend zijn als ik een opsomming van mijn ontdekkingen ging geven. Het zijn er vele en de meeste ervan deed ik bij toeval, al rondbanjerend in een stadswijk of een stadje, een museum of galerie ontdekkend en dan naar binnen stappend, of nieuwsgierig geworden bij het zien van een historisch gebouw en dan binnen met het werk van een hedendaagse of mij tot dusver onbekende moderne kunstenaar geconfronteerd wordend.
Wat ik wel even wil zeggen is dat ik getroffen ben door het hoge niveau van de Portugese kunst, zowel de creativiteit als de kwaliteit van uitvoering, de wortels en de toekomstgerichtheid. Ik ben blij verrast en dat helpt me door de dagen dat het weer in Portugal wat tegenvalt ten opzichte van de verwachtingen. Het is 2018 en al is het nu zomer, alles bij elkaar hield het niet over dit jaar, met z’n vele grijze luchten.
Ik ben niet de enige die daaronder gebukt ging en gaat. Ik ontmoette een kersverse immigrante (komend uit Seattle, Washington na Santa Cruz, Californië en een jaartje Myanmar) en die raakte onmiddellijk net zo gedeprimeerd als ik. Heather is haar naam. Als het nu donkergrijs weer is roep ik steeds: “It’s Heather weather! Again…”
Liefdesbetuiging
Maar nu de kunst. Een kleine selectie van namen om op te letten. En locaties om te bezoeken (vind ik). Árpád Szenes en Maria Helena Vieira da Silva. Die hebben een aan hun beider kunst gewijd klein en fijn museum in Lissabon: Fundação Árpád Szenes-Vieira da Silva Museu. Het is te vinden aan het parkje dat naast een sectie van het watermuseum Museu da Água ligt, aan de Praça das Amoreiras. De kunstenaars leven niet meer; dit koppel is van een voorbije generatie. Een deel van hun werk is één grote liefdesgeschiedenis.
Tot 9 september (2018) was daar bovendien het werk te zien van “The Other Couple” en dat zijn Helena Almeida en Artur Rosa, ook van een voorbije generatie en ook het werk dat van hen tentoongesteld wordt, is één grote liefdesgeschiedenis.
Het werk van deze vier 20e-eeuwse kunstenaars staat net zo goed midden in de 21e eeuw. Szenes en Vieira da Silva ontmoetten elkaar in Parijs, waren 55 jaar samen, werkten met elkaar en waren onafscheidelijk behalve wanneer de een in Rio werkte, de ander in Lissabon, of in Dakar of Boedapest. Salazar hield de (Joodse Hongaar) Szenes een tijdje buiten Portugal. Tijdens zulke scheidingen schreven ze elkaar duizenden brieven, zoals (Szenes): “Vandaag zat ik te kijken naar jouw foto. Ik herinner me zoals we samen, in ons atelier, aan het koken waren. Ik heb jou omarmd en de foto smaakte naar mousse au chocolat.” Hun individuele schilderijen en tekeningen zijn sterke tijdsbeelden; haar schetsen en gouaches van hun “twee-eenheid” zijn ijzersterk.
Stille kracht
“The Other Couple” pakte het anders aan. Helena Almeida schreef over haar performancefotografie waarin zij alleen of samen met haar man Artur Rosa figureert: “Hij is het, altijd. Dat is het belangrijkst, dat hij erbij is, met mij in de foto, of achter de camera. En alles moet zich dichtbij ons leven afspelen, in ónze ruimte.” De tientallen foto’s en films die in het museum getoond worden, voeren mij, de toeschouwer, niet enkel de werkruimte van de kunstenaars binnen, maar maken mij deel van hun sterk fysieke belevenis. De ijzersterke, rauwe zwart-wit vergrotingen van allerlei poses en bewegingen van vooral Almeida, meer dan levensgroot, dwingen bijna tot participatie zo niet tot opgaan in haar lichaam.
Alle acties en poses werden tevoren door haar getekend en daarna vele malen uitgeprobeerd; zij was niet gauw tevreden met de choreografie. De series beelden die deze exercities opleverden, lijken eindeloos en blijven fascineren. Al het werk krijgt nog meer kracht door de stilte die het omgeeft; in de films zijn het enkel en dan heel af en toe, de stemmen van Almeida en Rosa die heel kort de actie begeleiden. Zo van, “Ja, zó doen.” Of, “Dit moet met schoenen. Nee, geen krukje erbij.” Fascinerend. Waarom? Verklaren kan ik het niet – je moet het zien.
Dansende sculpturen
In het ook aan de Praça das Amoreiras gelegen reservoir is nu werk te zien van David Oliveira, een nog jonge Portugese kunstenaar uit Lissabon. Hij werd opgeleid als beeldhouwer en tekenaar en begon daarna draadconstructies te gebruiken “om te tekenen in drie dimensies.” Met die ijle draden modelleert Oliveira virtuoze vormen: “Het is een zoektocht naar gelaagdheden, van beenderen tot huid en alles daar tussenin.” Zo construeert hij vlinders, leeuwenkoppen, vogelbekken – dierlijkheden en menselijkheden, of onmenselijkheden in de zin van slavernij of misstanden in de vleesindustrie, anders gezegd: “De realiteit van het leven op aarde.” Hij probeert een vierde dimensie aan zijn werk toe te voegen door samenspel met Sofia Trindade (fotografe) en in “Île de Danse” met choreografen en dansers. In het bassin van Mãe d’Água is allerlei werk te zien, ook indrukwekkende meer abstracte sculpturen die boven of bijna in het water dansen.
Andersom
Op naar Castelo Branco. Een van mijn favoriete musea is Fundação Cargaleiro gewijd aan het werk van, jawel, Manuel Cargaleiro, en aan de door hem in de loop van zijn werkend leven verzameld werk van andere topkunstenaars uit Portugal of van elders. Cargaleiro is nu een oude baas maar nog vief genoeg om op openingen te verschijnen. Olieverf en klei zijn z’n materialen en die beïnvloeden elkaar; zijn schilderijen zijn in lagen van vaak ruimtelijk aandoende vlakken geconstrueerd en zijn keramiek (en incidenteel textielwerk) bestaat goeddeels uit tableaus die door hun afgepaste veelkleurigheid als ruimtelijke schilderijen aandoen. Soms lijken de schilderijen schetsen te zijn voor de keramiek; en andere keren is het net andersom.
Er is daar in het nieuwe museumgebouw (mooi van architectuur en interieurontwerp) een grote collectie van Cargaleiro’s eigen werk te zien, van meer dan vijftig jaar actief kunstenaarschap en van werk van de collega’s die zijn vrienden werden; van hen wordt op een “eigen” verdieping vooral keramiek getoond: Pablo Picasso, Marc Uzan, Claire Debril, Guido Gambone, Cecilia de Sousa en anderen, inclusief minder bekende grootheden met klei (en ook metaal en steen).
Afzonderlijk zijn schilderijen en tekeningen van tijdgenoten te bewonderen: Árpád Szenes is daar ook weer bij, alsmede Marcello Kahn en Zao Wou-Xi. In het “oude” gebouw tegenover de nieuwbouw is een enorme verzameling “Cerâmica Ratinha” van rond Castelo Branco in de 19e eeuw te vinden, plus een prachtcollectie “Lebrillos Trianeros” uit Sevilla. Veel van dat keramiek heeft iets te vertellen, over het land, de gewassen, de oogst, de agrarische producten.
Dichtkunst
In het Fórum Eugénio de Almeida aan de Largo do Conde de Vila Flor in Évora zag ik een tijdje geleden indrukwekkend werk van Fernanda Fragateiro. Nou, daar werd ik helemaal stil van. Het raakt aan alle avant–garde opvattingen in de kunst en de architectuur, die zij vertaalt in magnifieke sculpturen, tekeningen en installaties. Haar werk wordt gekenmerkt door rechtlijnigheid van denken en eenvoud van materiaalgebruik; het kan minimalistisch worden genoemd door de zuivere esthetiek van vorm, kleur en textuur.
In veel van haar werk spreekt de dichter, want ze schrijft dichtkunst met vormen die zich ritmisch ontwikkelen tot “bouwsels.” Als ik geheimtaal schrijf, komt dat omdat ik tekortschiet in de verwoording van wat ik beleef in de ruimten die Fragateiro heeft veranderd in nieuwe werelden. Ik vind dat ik nu al te veel doctorandussentaal uitkraam; maar ik kan het echt niet anders zeggen dan met de volgende paar woorden: simpele vormen, zoals lijnen en blokken, worden vernuftig vermenigvuldigd tot er een indrukwekkende compositie ontstaat die ook nog eens heel klein van afmeting kan zijn en toch overtuigt. A reserva das coisas no seu estado latente – dat betekent zoiets als: het behoud van de dingen in hun latente staat. Als dat je helpt. Maar: kunst moet niet verstaan worden, het moet worden begrepen in de zin van gevoeld. Als je uitleg nodig hebt, ben je geen kijker.
Installaties
Een van de plekken om veel Portugese hedendaagse kunst van betekenis te zien, is het Museu Coleção Berardo in Belém, in het stoere gebouw dat het cultureel centrum huisvest. Daar liep ik, bijvoorbeeld, tegen werk aan van Pedro Cabrita Reis dat de indruk geeft dat ik met een eenvoudige colorist te maken heb, totdat ik in de gaten krijg dat het de vorm heeft van sculptuur en de schaal, plus het materiaalgebruik, van architectuur. In het “Cabinet d’Amateur #2 (Stockholm version)” worden glas, ijzer, aluminium, MDF (fibreboard) en acrylaat gecombineerd om een ruimte zo kleurig als een palet te vormen. In die grote ruimte komen modernisme en abstractie samen in een minimalistisch gedisciplineerd patroon. Het lijkt allemaal in niets op Piet Mondriaan en toch is hij degene aan wie ik het eerst dacht bij het zien van deze installatie.
In ander werk is Cabrita Reis net zo minimaal van opvatting; vaak ontbreekt kleur in het geheel of wordt het mondjesmaat toegepast, maar altijd getuigt het werk van een geordende geest. Cabrita Reis is minder poëtisch dan Fragateiro; hij is een stoere “bouwer” van omgevingen en hij bouwt graag met materialen die een eerder bestaan hadden, bijvoorbeeld gevelelementen van een kantoorgebouw: “Stockholm version” duidt aan waar dat kantoor stond.
Toegift
Ik doe er een Duitse kunstenaar en een Nederlandse kunstenares bij, als toegift, omdat ze in Portugal wonen en werken. Robert Schad heeft beelden overal in Portugal staan, op dertien locaties, van Friestas en Fortaleze in het noorden tot Santo Estêvão in het diepe zuiden. Ik zag zijn werk in Estremoz en Évora Monte. Tezamen heten deze lineair georiënteerde sculpturen “Percurso Lusitano.” Schad kreeg internationale bekendheid door zijn 34 meter hoge “Cruz alta” op het voorterrein van het bedevaartsoord in Fátima.
Ingrid Simons werd verliefd op Portugal na in Évora Monte artist in residence te zijn geweest en ze kwam nooit meer los van de Alentejo. De landstreek inspireert haar tot het maken van schilderijen, tekeningen en zeefdrukken en sinds enige tijd ook tot keramisch werk dat de Alentejaanse tradities volgt; daarbij werkt ze samen met de meesterkeramisten van Redondo, Xico Tarefa en Luís Carlos. De kleuren van de seizoenen kunnen in haar werk worden teruggevonden, zo ook haar opvatting over de onbeduidendheid van de mens in de natuur. Simons creëert fysiek aanvoelbare landschappen die rauw kunnen zijn, “de realiteit van mijn persoonlijke belevenis.” Die landschappen verschijnen ook op haar vazen, vaten en tegels en worden dikwijls in verschillende schakeringen van blauw of zwart, of combinaties daarvan, uitgevoerd. Recent werk heeft de verzameltitel “Paraíso Escondido” (Verborgen paradijs). Estremoz en Évora zijn de plaatsen waar haar werk dikwijls kan worden gezien.
En er is meer, meer indrukwekkend creatief werk van meer Portugese kunstenaars, op meer prachtige plekken … ga zelf maar kijken.
Christian zegt
Goed stuk Ton Haak.
Kunst wordt nog al eens vergeten hier. Alles draait immers om strand en golf. Als schrijver/dichter getrouwd met een beeldend kunstenares doet het goed om je enthousiasme te voelen.
Met groet,
Christian Oerlemans
Lia Storm zegt
Mooi stuk, jammer dat ik mezelf niet in Lissabon zie rondsjouwen. Dat lukt me niet meer. Maar desalniettemin roep ik al tijden dat m.i. het Portugese volk een enorm artistieke aanleg heeft. Dat percentage ligt hier wel heel erg hoog lijkt me. En je hoeft er gelukkig niet speciaal voor naar musea, je ziet het overal om je heen als je er oog voor wilt hebben.
Je hebt ook helemaal gelijk met de zomer dit jaar! Gelukkig lijkt het erop dat het zich weer wat aan het normaliseren is en het laatste stuk zomer weer goed wordt. Daar vertrouw ik maar op (voor zover je op weer kunt vertrouwen).
Ik hoop nog eens zo ver te komen dat ik ook echte boeken in het Portugees goed kan lezen! Daar zal dit vast ook vertegenwoordigd zijn .
Els Waijers zegt
Een heel interessant en uitgebreid artikel over de moderne kunst hier in Portugal Ton! Ik vond het heel boeiend. Duidelijk en leuk geschreven. Dat kan jij als de beste. Je hebt veel moeite gestoken in het zoeken, vinden en beschrijven van dit, toch wat verguisde en vergeten, belangrijke onderdeel van de moderne kunst hier in dit land. Ik blijf je schrijven volgen en hoop dat er meer over kunst volgt. Bedankt!
Nu nog in het Portugees, in een grote Portugese krant. Zodat de Portugees zich misschien ook bewust wordt van de rijkdom aan moderne kunst in hun midden. Het is zo weinig bekend.
Succes!
Els