In 1989 verhuisde Bep Hage met haar man van hartje Amsterdam naar Secarias, een klein dorpje in het binnenland van Portugal. In haar dagboeken doet zij gedetailleerd verslag van haar belevenissen. Geschreven met Amsterdamse humor en nuchterheid.
Zondag 30 juli
Alles loopt door elkaar: blijdschap, verdriet, prettige spanning en er zijn veel vragen waar ik geen antwoorden voor weet; nog veel en veel meer dan anders. Het enige wat ik niet voel is twijfel. Morgen ga ik weg, naar Portugal. Daar hebben Han en ik een huis gekocht voor f 60.000, bij Arganil, 50 km. ten oosten van Coimbra. Ons huis hier is verkocht per 1 september. Han blijft hier nog wat dingen regelen en ik ga daar kwartier maken.
Nu pas ben ik me bewust hoezeer iedere handeling vast zit aan iets in de toekomst, b.v. ik heb zelf een donkere kamer. Maar foto’s maken? Nu maar niet. De donkere kamer moet afgebroken worden. Fixeer bewaren? Nee, gooi maar weg. Filmpje laten hangen van kinderen van vrienden? Nee, stuur de negatieven maar op, de eerste jaren zal ik geen donkere kamer hebben. Naaigoed opzij leggen? Nee, donder maar weg. Groente opbergen of bewaren? Nee, morgen ben ik weg. En als toekomstgedachte staat daar drie dagen verderop, op een plek waar ik één maal ben geweest, een oude boerderij, zonder water, elektriciteit of wc of plee of iets dat daar in de verte maar op kan lijken.
Ik heb van alles afscheid genomen en er niets voor terug. Ik kan gerust doodgaan. De lijnen die altijd doorlopen naar straks, morgen, overmorgen, volgende week, zijn allemaal doorgeknipt.
Gisteren kwamen Kees en Matthee afscheid nemen, vandaag kwamen onze kinders Els en Jurgen goeiedag zeggen. De overburen Rineke en Paul kwamen eten en adressen vragen. Karin belde op. Vanmorgen nog even langs moeder geweest. Vanmiddag was ze aan de telefoon, ontroostbaar. Dat begrijp ik heel goed. Ik kom dan maar één dag per week maar ze is er de hele week mee bezig: een lapje voor Bep, Bep ik heb een T shirt voor jouw meiden, Bep ik heb paddestoelen voor je gekocht, Bep kijk eens wat ik gemaakt heb, Bep ik heb een schroevendraaier klaargelegd, kijk jij even hier of daar naar, Bep ik heb een nieuw pasje gekregen weet jij welk nummer ik moet onthouden? Dan nog minstens drie maal per week een telefoontje om d’r boze gedachten tegen te spreken. Voor het eerst van d’r leven ziet moeder het niet meer zitten. Ze wil dat ik wacht tot zij dood is met weggaan. Dat is onmogelijk. Dan zou ik zitten wachten op de dood van mijn moeder en ik wil niet dat ze dood gaat maar ik begrijp dat d’r bodem onder haar bestaan uit valt. Ik zal vragen of ze het kralengordijn voor me wil repareren en iedere keer iets anders bedenken dan is ze bezig en voor mij.
Morgen ga ik dus weg. De hond is gesteriliseerd en onder de douche geweest. De katten zijn gekeurd en geënt en bepaspoort. Ik heb tuigjes voor ze gemaakt zodat ze onderweg niet kunnen ontsnappen. Ik neem nu de beesten mee omdat het huis twee dagen leegstaat voor de officiële overdracht plaatsvindt. De hond is geen probleem maar de katten schreeuwen altijd erbarmelijk in de auto.
Het is nu bijna 12 uur ’s nachts. Ik moet nog de foto’s en negatieven bij elkaar zoeken en naar Gerdie en Wim sturen. Ik moet nog een voorwoord bij mijn werkstuk schrijven.
De kamer en keuken zijn een slagveld. Han heeft net de kinderen naar de trein gebracht. We hebben donders gezellig en overvloedig en heerlijk gegeten maar er is nog geen vork opgeruimd. Han leest een strip en ik voel mij. Morgen onze auto wegbrengen, die wordt ingeruild, andere auto ophalen, kinderen van het station halen en kijken wat we mee kunnen nemen. Minimaal moet het slaapgoed en wat kookgerei mee, kleren voor 20 één maand en proviand voor onderweg. Hoe onderweg zal zijn? ik weet het niet. Hoe daar zal zijn? ik weet het niet, of ik de problemen die ik tegenkom (welke) zal kunnen klaren? ik weet het niet.
Ik ben angstig en vol goede moed. Ik ben blij en verdrietig. Ik vind het spannend en eng. Maar ik twijfel niet.
Geef een reactie