De 13e september waren we dan écht verhuisd. De scholen zouden binnenkort beginnen, we wisten wel dat het wat later was dan in Nederland. Maar we hadden niet zo’n haast… We zaten zo lekker daar boven in ons huis, in ons adelaarsnest, in de serre, met dat geweldige uitzicht over de velden en heuvels.
En het was zulk lekker weer! De jongste zoon toerde rond op zijn fietsje, de oudste had druiven geplukt om te persen en aan het eind van de middag maakten we er met z’n allen een rotzooitje van op het balkon. Iedereen zat onder de druivenpulp, en we hadden het uitstekend naar onze zin. Wie wil er dan op zoek naar een school?
Na een week moesten we wel, ons geweten begon te knagen. Het geweten van vader en mij dan, de zoons hadden nergens last van. We togen naar het schooltje vlakbij. Vijfhonderd meter lopen en even tegen het heuveltje opklimmen.
Herkenbare schoolgebouwtjes
Het zijn heel herkenbare gebouwtjes, hoewel er nu maar weinig meer van zijn. Een hal en aan weerszijden, of in dit gevalletje, aan de linkerkant, een lokaal met een oude kale houten vloer en van die typische kleine ruitjes in de ramen.
Zenuwachtig
Er stond een houtkachel in de hoek. De kinderen, 6 in totaal, zaten in een vierkant en de ronde juf stond in het midden. Ze werd heel zenuwachtig van ons, het was duidelijk dat ze geen idee had wat ze met die rare buitenlanders moest. Een jochie met een eigenwijze blik in z’n ogen, een ander bedeesder jongetje met héél blond haar, een reus van een vader met een grote baard en een stuiterig dunne moeder met haar tot op haar kont.
Que povo é isso? Wat is dit voor volk? In ons gebrekkige Portugees legden we uit wat de bedoeling was. De ronde juf werd nog nerveuzer en had al snel een oplossing gevonden: we moesten helemaal niet hier zijn, we moesten natuurlijk naar Vinha da Rainha, een dorp verderop. Terwijl zij zich verheugde over deze narrow escape, togen wij naar Vinha da Rainha, waar zich de scène herhaalde, maar nu met twee klassen met kinderen en twee juffen. Het was alles dubbel – de juffen waren twee keer zo nerveus en wisten ook maar één oplossing: wij hoorden niet in Vinha da Rainha, maar in Pedrógão. Logisch, hèhè, kinderen moeten zo dicht mogelijk bij hun huis naar school. Zo. Daar waren zij weer mooi vanaf.
Niet naar school
Daar stonden we, buiten op de stoep. De jongens wisten De Oplossing: “We gaan gewoon niet naar school, mam, we kunnen thuis toch al onze boeken lezen? We hebben er honderden…” Helaas, jongens, zo werkt het hier ook niet, hoor. Dan krijgen we uiteindelijk last met de schoolinspectie, al kan dat hier misschien wel jaren duren… maar voor vandaag hebben wel weer voldoende zenuwachtige juffen gezien, Morgen verder!
Wij hebben ons vanaf het begin uitstekend aangepast.
Een goede juf
De volgende dag lukte het inderdaad om ze op het schooltje vlakbij geplaatst te krijgen. We kregen een speciale regeling van professora Ana Paula, zoals het ronde jufje bleek te heten. Als ze over haar nervositeit heen was, was ze heel aardig en een beste juf voor de kleintjes. De jongste zoon leerde van haar lezen en schrijven, maar twéé buitenlanders vond ze teveel, zeker in combinatie met het lesgeven aan de 6 andere leerlingen. Vermoedelijk vond ze oudste zoon iets te eigenwijs uit z’n ogen kijken. En zo kwamen we overeen dat ik de oudste zoon zou begeleiden in de eerste maanden.
Vanaf de volgende dag gingen we dus met z’n drieën naar school. Misschien heb ik daar nog wel het meest geleerd van ons drieën; Ana Paula praatte elke pauze vol en ik moest eerst de teksten uit het lesboek begrijpen voor ik dat aan oudste zoon kon uitleggen. Het duurde niet lang, of dat was andersom, dat wil zeggen: oudste zoon legde al snel aan mij de dingen uit – de conversatieles tijdens de pauze ging gewoon als éénrichtingsverkeer door.
Een hulde aan professora Ana Paula is wel op z’n plaats, ze heeft enorm geduld en doorzettingsvermogen getoond in dat eerst jaar met die drie eigenwijze Hollanders in de klas!
ir. hendrik th van asselt zegt
Leuk verhaal. Ik begrijp dat deze juffen echt geen Engels of andere vreemde taal kenden? Knap hoor.
hendrik th
Ellen Lanser zegt
Dankjewel Hendrik! Terugkijkend was het misschien wel knap, maar toen was het een kwestie van een enorm overheersend enthousiasme, dat alles en alles motiveerde. ’t Is nu zo leuk om die geschiedenis te schrijven na 15 jaar. Groetjes, Ellen
Gerard Spring in 't Veld zegt
Geweldig verhaal.
Dus eind goed al goed.
Voor wie geduld heeft komt alles op tijd, (vooral in Portugal)