Toen ik kind was aten wij geregeld ossenstaartsoep. Mijn ouders gooiden daar dan meestal een glaasje madeira doorheen, dat was toen heel hip. Tegenwoordig hoor ik nooit meer iemand over ossenstaartsoep, maar ook niet over madeira. En dát is wel heel erg jammer, want de madeira-wijn is absoluut de moeite waard, zoals Ted de Braak in 1966 al wist: een glaasje Madeira, my dear?
Madeira wordt gemaakt op het gelijknamige Portugese eiland en kent een heel eigen productieproces. De wijn wordt namelijk gedurende een lange periode verhit of ‘gestoomd’, zoals het ook wel wordt genoemd. Met andere wijn moet je dat zeker niet proberen, maar de madeira krijgt er zijn aroma van.
Er zijn verschillende typen madeira. De meest zoete is ‘Malmsey’, lekker als dessertwijn. Nog steeds zoet, maar iets minder is de ‘Bual’. Daarna volgen de halfdroge ‘Verdelho’ en ten slotte de droge ‘Sercial’. Allemaal lekker.
Op Madeira kun je alle soorten natuurlijk overal kopen of bestellen, maar het is ook leuk om een keer een wijnhuis te bezoeken, zoals ‘Adegas de São Francisco’ in Funchal. Je krijgt uitleg over het productieproces en kunt de grote houten vaten bewonderen, evenals een eindeloze voorraad flessen in mooie houten kasten. En natuurlijk mag je ook even proeven (en kopen uiteraard…).
Geef een reactie