Ik kan me nog goed herinneren dat mijn vader, toen ik kind was, de mensen die in die tijd gingen overwinteren vrij oneerbiedig witkuifkaketoes noemde.
Waarom? Omdat het bijna alleen maar zeventigplussers waren, grijs- of witharig die met caravan of camper naar het zuiden trokken. Een oom en tante van mijn vader vielen in dezelfde categorie, in de zeventig, maar boekten elke winter twee maanden een appartement in Benidorm omdat ze niet van kamperen hielden. Witharig waren ze allebei wel. Overwinteraars toen waren met pensioen, oud, uitgewerkt en stonden in die tijd – ik was een jaar of tien – heel ver van mij af.
En nu? Nu overwinter ik zelf. Niet een paar weken, maar maanden. Niet in een camper of caravan, maar in ons eigen vakantiehuis in Portugal. En een (groot) verschil, Ralph en ik zijn nog niet eens zestig. En we zijn lang niet de enigen die al op veel jongere leeftijd gaan overwinteren. Er is een hoop veranderd in de afgelopen decennia.
Grijze winters
Natuurlijk zijn er nog steeds ouderen die het heerlijk vinden de koude, grijze Nederlandse winter te ontvluchten en in een camper naar het Zuiden te trekken. Het aandeel caravans is beduidend kleiner geworden, de campers zijn in aantal gegroeid, maar ook de mensen die voor korte of langere tijd een huis of appartement huren. Daarnaast zijn er steeds meer ‘jonge’ overwinteraars (of minder oude). Overwinteren is namelijk niet langer iets dat alleen maar kan als je niet meer werkt, er zijn mensen die nu een ‘workation’ doen in de winter als hun werkgever daarmee instemt.
Waar is thuis?
Dat is iets van de laatste jaren, wellicht allemaal veroorzaakt door corona, toen we ’thuis’ moesten werken. En wat of waar is thuis? Zolang je internet hebt, maakt dat weinig uit dus mensen ontdekten al snel de mogelijkheid om ergens anders – in de zon – hun werk voor te zetten.
Ook wij zijn in de winter van 2021 voor het eerst langer dan een paar weken naar ons huis in Portugal vertrokken. Geen vakantie, maar een ‘workation’. Voor Ralph dan. Hij kon zijn werk als accountmanager voor een IT-bedrijf met gemak op afstand uitvoeren en ik, als schrijfster, kan overal en altijd werken. Dat hebben we een paar winters gedaan, heerlijk. Tot in 2023 zijn baas verlangde dat hij weer elke week minimaal 3 dagen op kantoor zou komen, dat was iets wat Ralph niet meer wilde. Dus in december van dat jaar heeft hij besloten zijn baan op te zeggen (we waren in de gelukkige omstandigheid dat dit financieel kon) en een ‘sabbatical van een jaar’ te nemen. Kijken of het beviel. Zo vertrokken we in januari 2024 voor het eerst voor drie maanden naar Portugal. Natuurlijk kwamen we ‘witkuifkaketoes’ tegen, maar ook heel veel jongeren. Wel of niet werkend. Overwinteren is duidelijk in populariteit gegroeid en waarom ook niet? Wat is er nu heerlijker dan (bijna) elke dag wakker te worden met een blauwe lucht? Natuurlijk is het geen zomer, nachten kunnen ook in de Algarve koud zijn, maar als de zon er eenmaal is en je een luw plekje op je terras hebt, zit je om half elf in je korte broek.
Algarve in de winter
De natuur is in dit jaargetijde veel mooier (groen!) dan in de hete, droge zomers, de stranden zijn vrijwel leeg, je kunt eindeloos wandelen zonder dat het te heet is en er zijn meer dan genoeg rustige plekken te vinden. Wij noemen het ‘laagjes-weer’. Een hemdje, een T-shirt en een trui en afhankelijk van zon en wind gaan dingen aan of uit. Op de meeste dagen dragen we een korte broek en sandalen al zien de Portugezen eruit alsof ze elk moment naar de Noordpool vertrekken, met dikke winterjassen, mutsen en sjaals. Zij noemen de wind ‘Siberisch’, wij lachen erom en kijken met afschuw en medelijden ’s avonds naar het RTL-weer met foto’s van natte sneeuw, mist en motregen. Natuurlijk zijn we bevoorrecht, niet iedereen kan voor zijn zestigste stoppen met werken, maar als je werk het toelaat, is een maand de Nederlandse kou achter je laten om ergens in het zuiden een ‘workation’ te doen, ook een mogelijkheid. Huren in de winter zijn over het algemeen laag, eten moet je in Nederland ook en kan hier zeker voordelig(er) en je kan in Nederland je thermostaat terugdraaien.
Na onze drie maanden begin 2024 die ons bijzonder goed zijn bevallen, hebben we in oktober opnieuw ons boeltje gepakt. Ralphs eenjarige sabbatical is stilzwijgend verlengd, hij heeft geen enkele intentie om weer terug te keren naar een werkgever en houdt zich ’s zomers bezig met onderhoud aan ons Nederlandse huis en zijn grote hobby zweefvliegen. Hij verveelt zich dus niet. We maken ons op voor de rest van ons leven als ‘overwinteraars’. Voor ons geen koude, grijze Hollandse winters meer, zolang we gezond zijn en het kunnen, verdelen we ons jaar voortaan over Nederland in de zomer en Portugal in de winter. Genieten met hoofdletters. Natuurlijk regent het in Portugal ook af en toe, maar het grote verschil, in elk geval in het zuiden, is dat het dan een of twee (heel soms drie) dagen flink regent, maar daarna weer zonnig en lekker is. Je zit hier niet vier weken in een druilerig, grijze wereld. De nachten kunnen koud zijn, maar als de zon er is, voel je hem ook echt en als je een huis hebt met luwe hoekjes buiten, voelt het zelfs midden januari als een Nederlandse zomer. Het is niet zo dat het altijd strakblauw is, de Canarische Eilanden zijn warmer en zonzekerder, maar af en toe een bui is helemaal niet erg. Zeker niet als je er een paar maanden bent. Advies: kom niet in de winter voor 1 week naar de Algarve, als je pech hebt, regent het drie dagen, staat er 2 dagen een koude wind en heb je 2 dagen strakblauwe lucht. Maar ben je er een maand dan voeren de mooie dagen absoluut de boventoon.
We nemen het ervan
Inmiddels zijn wij al weer over de helft van onze overwinteringsperiode en omdat we ons huis ook verhuren, nadert het moment dat we afscheid moeten nemen van de Algarve. Eind januari komen huurders, twee weken, een week niets en nieuwe huurders, kortom, we hebben onszelf uit ons huis laten zetten. Hahaha. Maar wat een luxe. Voor een paar tientjes per nacht boeken we een paar appartementjes in Andalusië en gaan dat verkennen. We zijn al zo ver zuidelijk dat een stukje verder rijden alleen maar leuk is. In maart nog even terug naar ons huis en dan breekt toch echt het moment aan dat we moeten terugkeren naar Nederland. Naar Ralphs zweefvliegclub, familie en vrienden. Naar ons Nederlandse huis dat waarschijnlijk wel weer wat aandacht nodig heeft. Ik realiseer me elke dag dat we geluksvogels zijn, maar we hebben in ons arbeidzame leven hard gewerkt om dit mogelijk te maken. Waarom wachten tot je met pensioen mag? Wie weet hoe je er dan aan toe bent? Nu zijn we nog fit voor dagelijkse wandelingen, klussen rondom ons huis zelf doen in plaats van te laten doen, uitstapjes maken en dingen ondernemen. Ik hoor nog steeds veel mensen zeggen, straks, later, als ik met pensioen ga en natuurlijk, niet iedereen heeft de mogelijkheid om eerder te stoppen, maar vergeet niet, we worden ouder, minder fit, kans op ziekte/gebreken neemt toe en voor je het weet, is je kans voorbij. Pluk de dag, je leeft voor zover ik weet maar één keer en daar moet je als je kan en wil zoveel mogelijk van genieten.
Het is zondagochtend als ik dit schrijf, nog niet eens half negen, de zon staat al op ons terras en, hoewel met warme sloffen en een vest, ik zit buiten. Overwinteren in Algarve is iets waar wij inmiddels aan verslaafd zijn geraakt en we zeggen nog bijna elke dag tegen elkaar ‘wat zijn we toch bofferds’. Hopelijk kunnen we dit als we zelf witkuifkaketoes zijn nog steeds, maar deze jaren neemt niemand ons meer af.
Hartelijke groet uit een zonnig Algarve waar we trouwens vanaf morgen drie dagen regen krijgen. Zeggen ze.
Geef een reactie