De duiventil in Trás-os-Montes is nationaal erfgoed dat actief deel uitmaakt van de landelijke gemeenschap. Duivenpoep wordt gebruikt om de landbouwgronden te bemesten en jonge duiven vormen een onderdeel van het dagelijkse menu.
Gelijke taken
Duiven vormen stabiele koppels. Er zijn geen duidelijke fysieke verschillen tussen het vrouwtje en het mannetje. Zij legt twee eieren die ze in afwisseling met hém uitbroedt. Nestjongen krijgen de eerste dagen gestremde ‘melk’ – een extreem voedzaam goedje bestaande uit eiwitten, vetten en water – dat in de kropwand van zowel de doffer als de duivin wordt geproduceerd. De pasgeborenen zijn na 30 uur al tweemaal zo zwaar geworden. Duiven behoren tot de snelst groeiende gewervelde dieren. Veel vogels moeten de hele dag voedsel (insecten) vangen voor hun jonkies, maar duivenouders eten chocola, worst of wat ze ook vinden en maken er hoge kwaliteit babymelk van.
Er zijn meer dan driehonderd verschillende duivensoorten.
Rotsduif
De rotsduif is de voorouder van alle gedomesticeerde duivenrassen. De duiven kennen onderling grote verschillen in schedelbeenderen, wervels en ribben, maar ook in staarten, poten, tenen en vleugellengtes. Tevens variëren de manieren van vliegen, de grootte van de eitjes en het geluid dat ze maken. Hun typische gekoer is uniek voor vogelsoorten net als de manier waarop zij drinken.
Stadsduif
De duif is een van de eerste door de mens gedomesticeerde dieren. De stadsduif is een verwilderde gedomesticeerde duif die in steden kan overleven omdat deze zijn oorspronkelijke dieet van granen heeft uitgebreid door het eten van afval en dus alleseters zijn geworden.
Het voeren van dieren is een aangeboren menselijk instinct en voor velen is het voeren van duiven een geweldige ervaring. Helaas zorgen enorme voedselvoorraden – en het gebrek aan natuurlijke vijanden – voor te grote duivenpopulaties.
Vleesduiven
De Portugese Lusitano is een wat zwaardere duif die geschikt is voor consumptie. Duiven waren vroeger een voedselbron voor de armen, tegenwoordig wordt duivenvlees beschouwd als een delicatesse.
Symboliek
In alle culturen zijn onverklaarbare natuurverschijnselen een bron voor angst. In oude religies gelden holen en grotten waarin bronnen ontspringen als heilige plaatsen. Deze plekken worden vaak bewoond door rotsduiven. Als een god een dier in bescherming neemt, dan – werd gedacht – moet het wel een bijzonder dier zijn, en zo is de rotsduif een symbool van de goden geworden. Een albinoduif wordt vaak gezien als de belichaming van de godheid zelf.
Levend kompas
In het oude Irak was het traditie om duiven naar zee mee te nemen en ze daar op enig moment los te laten. Nadat ze zich hadden georiënteerd vlogen ze onmiddellijk terug naar land. Een vliegende duif kan op een afstand van 35 km scherp zien wat daar allemaal gebeurt. In die tijd was de duif dus een waardevolle hulp voor zeelieden. Dit ‘levende kompas’ was belangrijk totdat de Feniciërs de astronomische navigatie verbeterden. De eerste beschrijving van duiven die als oriëntatiemiddel op zee worden gebruikt, wordt genoemd in het epos van Gilgamesj.
In de tijd van de vroege Perzen werden duiven getraind om berichten over te brengen over de veldslagen. Ook Grieken, Romeinen en Arabieren zetten de duif in als ‘postbode’.
Monniken fokten duiven en hun geschriften en notities daarover zijn tot vandaag belangrijke bronnen gebleken.
Tijdens de 16de eeuw worden de aantallen gekweekte duiven – in Engeland en Frankrijk – op vele miljoenen geschat. Het houden van duiven in duiventillen is aantrekkelijk omdat de vogels zelf hun kostje zoeken, in een gebied van 20 tot 30 km rondom hun verblijf. In de (late) middeleeuwen ontstaan in Europa grote columbaria waarin enkele duizenden duiven kunnen overwinteren.
Een van deze columbaria uit de 13de eeuw behoort aan keizer Frederik II. Hij heeft eigendommen in Zuid-Italië en Oost-Sicilië en op zijn landerijen staat een dozijn kastelen. Elk bolwerk heeft zijn eigen duiventoren, een must als je rekent op een voortdurend aanbod van vers duivenvlees. Als hij tijdens de kruistochten in Syrië terechtkomt, kan hij nieuwe ‘bloedlijnen’ aankopen. Die duiven worden gekweekt uit overwegend religieuze bedoelingen en niet om hun vlees. Tijdens de Kruistochten worden duivenrassen geografisch verspreid.
Statussymbool
Door de eeuwen heen is het houden van duiven in Portugal (net als in de rest van Europa) een teken van rijkdom.
Palombar
De stichting Palombar houdt zich bezig met het behoud van traditionele duiventillen in Noordoost Portugal. Deze duiventil is uniek architecturaal, ecologisch en cultureel erfgoed. Het herstel van de duiventil dient de natuur. De duiventillen spelen een belangrijke rol in het sociaal-ecologische systeem en voor de biodiversiteit. Duiven maken deel uit van het dieet van verschillende soorten roofvogels, zoals de Bonelli-arend, de havik en de slechtvalk, die in Portugal inmiddels onder de bedreigde diersoorten vallen. Duiven zijn nodig voor voor de succesvolle toename van deze bedreigde vogelsoort.
Postduif
De postduif brengt, zoals velen denken, niet spontaan een boodschap naar een bepaalde bestemming. In plaats daarvan wordt hij vervoerd van zijn plaats van herkomst naar een bepaald startpunt, van waaruit hij zich oriënteert. Het is een natuurlijk mechanisme dat deze vogel bezit en dat versterkt wordt door een selectieproces van de duivenmelker.
Postduiven daarentegen hebben een vast hok en proberen altijd terug te keren naar deze plek, waar ze bescherming, voedsel en ‘familie en vrienden’ vinden. In de ethologie ofwel de gedragsstudie, wordt de loyaliteit aan de plaats van herkomst genoemd. Postduiven vertonen kuddegedrag. Postduiven zijn van dezelfde soort als de gewone duiven die je op straat ziet, maar ze behoren tot een ander ras. Ze zijn groter en bezitten een meer geaccentueerde wratstructuur aan de basis van de snavel. Tijdens de Eerste en Tweede Wereldoorlog werden ze op grote schaal gebruikt voor het verzenden van berichten, als alternatief communicatiemiddel. Documenten uit die tijd tonen vrachtwagens die dienst deden als mobiele hokken. Ook al werden ze elke dag naar verschillende plaatsen gebracht, zolang ze niet te ver van hun plaats van herkomst waren, slaagden de duiven erin om terug te keren. Tegenwoordig worden postduiven nog steeds als boodschappers gebruikt. Tot voor kort had het Zwitserse en ook het Russische leger een afdeling postduiven. In Engeland werden ze recentelijk nog gebruikt door een ziekenhuis om monsters naar laboratoria te vervoeren, omdat het een snelle vorm van transport was. Postduiven worden ook ingezet bij het smokkelen van drugs en diamanten.
Kampioenschappen
Duivensport is een competitie, waarbij speciaal gefokte duiven zo snel mogelijk een traject moeten afleggen tussen een losplaats en hun hok. De duif die dit traject met de hoogst gemiddelde snelheid aflegt is winnaar. In Portugal zijn er zo’n 8000 mensen die aan de duivencompetities meedoen.
In Mira (onder Aveiro) worden bijna elk jaar internationale kampioenschappen gehouden.
Overal ter wereld worden duivenwedstrijden gehouden. In China bijvoorbeeld is het big business. Op een online-veiling werd een aantal jaren geleden een postduif verkocht voor 1,25 miljoen euro.
Een getrainde koeriersduif is in staat om honderd kilometer af te leggen en op zijn bestemming te komen zonder zich te vergissen. De duif heeft geen pariëtale kwab, maar de neuronale dichtheid van zijn hersenstelsel is zes keer zo groot als die van mensen, dit betekent dat de duif honderd keer reactiever is.
De duif in de kunst
Voor zover bekend heeft geen enkele 16de- of 17de-eeuwse Vlaamse of Hollandse schilder houtduiven afgebeeld. Dit geeft mogelijk aan dat de houtduif in die periode zeldzaam was in de Lage Landen en men kan zich zelfs afvragen of de soort toen wel tot onze avifauna behoorde.
In diezelfde tijd worden ze wel afgebeeld door Zuid-Europese schilders, zoals de Italiaan Michelangelo Merisi da Caravaggio (1571-1610) en de Spanjaard Juan Sánchez Cotán (1561-1627).
In een volgend artikel lezen we over Hennie en Henrique, twee duivenfokkers in Portugal, en hun dagelijkse strijd tegen de natuurlijke vijanden van hun dieren, over Portugese duivenrassen en -soorten en over ’tentoonstellingsduiven’.
Peter zegt
Een leerzaam artikel. Eigenlijk heb ik me nooit verdiept in duiven. Vroeger hadden we buren waarvan de man ook duivenmelker was. Wat me bijgebleven is dat het, in mijn optiek, altijd stonk in en rond het hok. Dit is waarschijnlijk de reden dat ik niets van duiven weet, althans niet meer dan af en toe iets in het nieuws als postduiven gelost worden en door slecht weer nooit meer thuiskomen.
Daarom heb ik dit artikel met belangstelling en verbazing gelezen.
Dank u voor plaatsing. Ik heb er van genoten.
Tineke zegt
Wat fijn, dit verhelderende verhaal over dit mooie dier, wat door veel mensen dankzij zijn grote aantallen in de stad als ´overlast´ wordt beschouwd….ik zal voortaan met meer waardering en bewondering naar een duif kijken. Dankjewel.
Els zegt
Ook dit is een interessant en verhelderend artikel. Ofschoon geboren en getogen in Nederland tussen duivenmelkers (hoezo “melkers”?) in onze buurt en het feit dat wij thuis een duiventil hadden met “sierduiven” wist ik ook niet écht meer van duiven dan die wedstrijden en die stank plus dat er af en toe een duif geslacht werd om duivensoep van te maken…..en ze trouwens uiteindelijk allemaal “weg” moesten (geslacht dus!) omdat ik er allergisch voor bleek….. Wat ik vreselijk vond, zielig!
Bedankt Lotte! Weer wat geleerd! Altijd leuk!