Hij doorboort de nachtelijke hemel, de vuurtoren op Cabo Sardão. Met een lange witte oplichtende vinger, die een net uitwerpt van knipperlicht over het onstuimige getij dat de Atlantische kust overspoelt. Op gezette tijden, één lang en twee kort.
Beestachtig
Een fantastische plek om te genieten van de uitblik op de oceaan die onophoudelijk op de rotsen beukt. Op de eerste rang huizen broedende ooievaars, helemaal klaar om straks hun kroost te voeren. Verzekerd van een adembenemend zicht over de kustlijn, overgoten met stralend zonlicht bij m’n bezoek aan deze plek.
In het zuiden tekenen zich de contouren af van Kaap Sagres. Minstens honderd kilometer verderop schat ik, op een vergelijkbare afstand in noordwaartse richting kijkend over de kustlijn, ligt Setúbal.
Bepaald geen frisse bedoening las ik, die nesten van de storken, erger dan een huishouden van Jan Steen. Vooral in de warme maanden na het broedseizoen mede-bewoond door een scala aan geleedpotigen. Een vuilnisbelt van lagen met organisch materiaal, des te langer in gebruik, des te meer drek.
Knusjes
Ziltig proeft het sproeiwater van hoog opspringende schuimkoppen, zodra het mijn gezicht raakt. Boven in het hemelsblauw dat bijna pijn doet aan je ogen, tekent een luchtspiegeling gestileerde wolkenpartijen. Met elkaar verbonden door witte condensstrepen, die een vluchtende Boeing 737 achtervolgen.
Zout water dat zich vermengt met rotzooi op elkaar gestapeld en in het nest gekieperd als voedingsbodem voor Mesostigmatamijten. Echt een huiselijke atmosfeer voorbij de vuurtoren van Cabo Sardão. Waar het zand wit kleurt, maar ook geel en rood, waar de duinen steeds ruiger en hoger worden.
Het stond op mijn verlanglijstje, dit bezoek. Erop gezet na lezing van een artikel op Portugal Portal. Over de 54 vuurtorens die je verspreid vindt over het land. Het idee sprak mij aan, wekte het verlangen op naar een uitstapje om dit lichtbaken met eigen ogen te zien. Gestimuleerd door de tekstregels van Albert Camus.
Heldere sterren pinkelden aan de blinkend schoon gewaaide, geglazuurde hemel, waar de verre vuurtoren elke paar seconden een asgrijze veeg overheen trok.
Levendigheid
In dit doodstille oord waar je haren verwaaien in de wind. Een aangenaam plekje, inderdaad gelukkig een frisse bedoening in de eenvoudige snackbar waar Adélia een verkwikkende galão serveert die ik voor Marion bestel. Zelf vraag ik om een café com leite, waartussen geen enkel verschil is volgens haar.
Simpel zat kennelijk koffie met melk, Adélia maakt zich niet druk over een wolkje meer of minder. Overigens gesproken over een gezellige boel, gastvrij zijn ze zonder twijfel, die eibers. Huisbaas van een trits onderhuurders die zich voeden met eieren en larven van insecten of rondwormen. Een drukte van belang, zeg dat wel, de oeverlopers worden er niet warm of koud van.
Overal langs deze kust, hoog tegen de rotsen nestelende ooievaarspaartjes, een uniek schouwspel van zo dichtbij te volgen. Vergezeld tijdens de autorit door uitbundig ontluikend groen langs kronkelende wegen. Een en al natuurpracht ons voorgeschoteld door de Monchique, niet voor niets de tuin van de Algarve waar je de meest zuivere lucht van Europa inhaleert.
Ongewoon
Genietend van magistrale vergezichten, een beetje mysterieuze tocht vanwege de auto die ik huurde. Volgestopt met de nieuwste technische snufjes waarvoor de verhuurster mij al waarschuwde. Techniek die zich bemoeit met m’n rijstijl, onmiddellijk ingrijpt bij een te hoge snelheid door bochten.
Corrigeert naar links of rechts zodra ik niet precies ‘t midden houd tussen de versleten strepen op de weg. Wel een beetje bemoeiziek merk ik soms enigszins geïrriteerd door onwenselijke betweterigheid. Erdoor herinnerd aan het zwijgzame gezelschap voorin in de businessclass. Ego’s in ruste, afgemat na afloop van hoogdravende disputen vol bereden stokpaardjes.
Verdiept in de Financial Times, Newsweek, of een thriller gescoord op de luchthaven. Hier en daar een dommelend hoofd met open mond, aangeleund tegen het vlieselinedoekje op de hoofdsteun. In de vrieskoude ijle lucht buiten gaven dunner wordende wolken omfloerst zicht op de Portugese maquette van avondlijk Faro, beschenen door de vleugellichten. Een schaalmodel vol tuinen, aangelichte zwembaden en golfresorts in een zee van fabelachtige villa’s.
Onophoudelijk dansten ze nog door mijn bewustzijn overgewaaid in rusteloze flarden. Beelden uit het unieke Monchique-landschap dat wij achter ons lieten, vervuld van het paartje op het nest dat elkaar de liefde verklaarde, ons uitzwaaiend onder luid snavelgeklepper.
Een dromerige herinnering aan de lente van 2020 net als de foto bij dit stukje. Genomen van het schilderijtje dat bij oma Rita aan de muur hangt. Levensecht en tegelijkertijd schilderachtig.
Ellen zegt
Hallo Robert,
Hoe dat werkt: jarenlang ben ik daar heen gefietst maar nooit heb ik de prachtige toren goed bekeken, geobsedeerd als ik was door de onvolprezen vergezichten. En café Adélia is tegenwoordig ook voor mij de pleisterplaats, evenals voor talloze Aziatische werkers in de kassen, profiterend van de gratis wifi.
Overigens: een galão wordt geserveerd in een speciaal galão-glas, uma meia de leite in een kop met schotel. En altijd twee suikerzakjes erbij 😉
Robert Steur zegt
Goedemorgen Ellen,
Ook ik kon er geen genoeg van krijgen. Die uitzichten en maar blijven kijken naar de rondvliegende ooievaars. Ondanks een straffe wind die fris aanvoelde. Die koffie blijkt een misverstand, want ik kreeg twee theeglazen (galão) geserveerd, terwijl ik mijn bestelling correct had opgegeven (een om een).
Hogelijk verbaasd als ik was door haar opmerking over ‘geen verschil’, want dat ken ik maar al te goed. Misschien een beleefde manier om haar foutje te maskeren. Weten die buitenlanders veel. 😆
Enfin, mij was het om ‘t even: koffie!
De voorkant van het gebouw – het lijnenspel met de toren prominent in beeld – spreekt mij het meeste aan. Er een kijkje nemen is nog wel ‘even’ flink doorfietsen, maar beslist de moeite waard. Nog een fijne zondag toegewenst. Groeten uit de zonnige Algarve, Robert Steur 😎