Af en toe sjok ik met een volgepakte rugzak naar boven, waar een van mijn favoriete schrijfplekken ligt: Petit Plaisir, het onder bougainville bedolven theehuisje in het midden van Funchal, de hoofdstad van Madeira.
Van gastcolumnist Marian Nissink
Ik stal daar mijn laptop, schrijfboekjes, pennen, camera en telefoon uit op een sierlijk, wiebelend tafeltje. Midden in de geur van kruiden die ter plekke geplukt worden voor mijn potje ‘herbal tea’ neem ik plaats. Eerst genieten, dan werken. Alsof schrijven werken is.
Ik zit dan en luister. Het geroezemoes van de stad onder me, de stemmen vanuit het theehuis, geritsel, geruis en af en toe even stilte, heel kort. Een verlegen, warm briesje. Dit alles, in een met bougainville overdekte ambiance en de zon die mijn rug verwarmt, dringt nog steeds niet helemaal door. De perfectie van het moment probeer ik te vangen, vanuit volle niet-vanzelfsprekendheid. Het is.
Het roze-haar-meisje ontvangt mij oprecht enthousiast, alsof ik haar beste vriendin ben. Ze begint, al kletsend, de kruiden voor in mijn thee te plukken. Alles danst aan haar. Zelfs haar stem.
Ik heb wat potloden en een liniaal op het tafeltje gelegd, deze kocht ik ooit in het Fernando Pessoa Museum in Lissabon. Als ze deze ziet, slaakt ze een gil. Ik kijk geschrokken om me heen, maar het gaat om Pessoa. Ja, dan vind ik een gil gerechtvaardigd. We raken aan de praat over mijn favoriete Portugese dichter. Blijkt dat zij ook enorm fan is. En, we delen een geheim:
Ons beider verlangen is om een nacht in zijn bed te slapen (zijn kamer is onderdeel van het museum). Onder de dekens Pessoa worden. Weemoedig zijn en dronken worden van de saudade. We zijn samen stil. Elk ons eigen beeld.
Ik vraag haar een paar dingen voor me te vertalen, want Google Translate is zo koud en kil, daarvan krijg ik plaatsvervangende vertalingsangst. De Nederlandse directheid ligt me niet meer.
Ze gaat er eens even goed voor zitten en op poëtische wijze zingt ze de vertaling. In het Engels. Ik huil bijna, zo prachtig. Ja, als het over Pessoa gaat, dan word ik snel een dweil. Zijn woorden doorboren mijn ruggenmerg als een speer van dons en blijven me kietelen tot aan mijn tenen.
Het begon toen ik ‘Het boek der rusteloosheid’ las. Bijna elk woord raakt me. Zijn onophoudelijke vragen naar de zin van het leven, van zijn bestaan. De bijna verstopte humor. Zijn eeuwige onzekerheid, de kwetsbare uitingen. Kortom: de weemoed die in alle poriën doordringt bij het lezen. Me langzaam laat vervreemden van het dagelijkse leven en naar een andere dimensie voert: Pessoa’s wereld.
Op het kartonnen kokertje, waar de potloden, een liniaal, een gummetje en een potloodslijper in zitten, staat de eerste zin van een van zijn gedichten: Nem sempre sou igual no que digo e escrevo – Ik ben niet altijd hetzelfde in wat ik zeg of schrijf.
Nem sempre sou igual no que digo e escrevo.
Mudo, mas não mudo muito.
A cor das flores não é a mesma ao sol
De que quando uma nuvem passa
Ou quando entra a noite
E as flores são cor da sombra.
Ik ben niet altijd hetzelfde in wat ik zeg en wat ik schrijf
Ik verander, maar ik verander niet veel
De kleur van de bloemen is niet hetzelfde onder de zon
Zoals het is wanneer een wolk passeert
Of wanneer de nacht aanbreekt
En de bloemen de kleur van de schaduw krijgen.
Het zal het Portugese wel zijn. Alles. De cultuur, de melancholie, de allesomvattende warmte, de zon, het land waar niets plat is, letterlijk en figuurlijk. Waar oprechte aandacht heerst, vertrouwen en respect, waar tijd gegeven wordt en genomen.
Boeken van Pessoa vind je o.a. bij Bol.com.
Lotte Akkerman zegt
Dank je, Marjan, voor een grappig en mooi verhaal, dat zich ook nog eens op een ander stuk Portugal afspeelt dan het vasteland. Graag meer van dit soort intieme getuigenissen.
ZenaIsis zegt
Ik sluit me aan bij Lotte. Prachtig geschreven! Ik ben in een flits van regenachtig Nederland terug in zwoel Funchal.
Els zegt
Wat mooi! Ontroerend en ook zo herkenbaar de sfeer van Portugal beschreven… Knap! Dank je wel! Saudades!