Zodra de laatste ochtendnevel aan de horizon omhoog rolt. Verwarmd en langzaam opgelost door de zonneschijn. Opent de hemel zich boven mijn hoofd. Als een groot blauw oog.
De weghelften dalen in een bocht. Verderop tussen twee heuvels door. Net alsof zij elkaar in een wurggreep hebben.
Specerijen
Mijnheer Google legt uit:
De piri-piri (Swahili voor rode duivel) is een variëteit of cultivar van de chilipepersoort Capsicum frutescens. De Portugezen namen de peper mee uit Mozambique en Angola. Een populair ingrediënt in Portugals nationale keuken.
Je moet er wel van houden. Van piri-piri, ongetwijfeld. Maar ook van die onafzienbare einders met oneindige horizonten. Tenminste, wil je de Alentejo op waarde schatten. Door mensen minder bevolkt dan geiten en schapen. Meer kurkeiken en olijfbomen dan levende zielen.
Die oneindige vlaktes, her en der verspreide olijfboomgaarden. Bij de een werken ze op de zenuwen. De ander wordt dromerig van de verlatenheid. Rauw en ongepolijst. Ongewoon lieflijk in het voorjaar. Gedomineerd door de brandende zon in de zomer. Elk seizoen een intense rust en stilte.
Sfeermakers
In de Alentejo vind je slaperige plaatsjes. Tussen de uitgestrekte verlatenheid en verstilling. Stadjes en dorpen ongelooflijk bekoorlijk. Gekleed in Moorse verschijning, gesierd door blinkend witte huisjes.
Witter dan wit zijn ze, die Alentejaanse dorpjes. De huizen stralen je tegemoet. Geel of blauw geschilderde banden geven een kleuraccent. Op de daken vierkante of ronde schoorstenen. In de lente een geliefde pleisterplaats. Van nestelende ooievaars, die geluk brengen.
Geen indrukwekkende Portugese architectuur en cultuur in deze contreien. Behalve eenvoud en een prachtige natuur gesierd door de prettige volksaard. Gehuchtjes te over voor rustzoekers.
Mercado
Een volmaakte weersgesteldheid houdt deze dag in de greep. Dankzij de smetteloos blauwe hemel en een tintelende lucht. Het landschap is licht glooiend. Bloeiende weilanden in allerlei kleurschakeringen.
Marktdag in São Teotónio. Jeugdige flierefluiters, grijzende volkstuinders, dagjesmensen. Verder alles wat daartussen past. Tijdens de weekmarkt. Op zoek naar vertier en kip piri-piri, een begrip in Portugal.
Portugese piri-pirisaus geserveerd bij kip van de grill. Frango no Churrasco is een razend populair gerecht bij Portugezen. De meeste Portugalliefhebbers weten er alles van. Behalve wij nota bene, in al die achterliggende jaren. Een bekentenis, nee nog nooit eens geproefd.
Gegarandeerd, je eet hier de lekkerste kip piri-piri, weet oma Rita. Wij zijn geen gepassioneerde vleeseters. Allerminst, nee geen principiële vegetariërs. Gewoon veeleer visliefhebbers. Vooruit, immers wat de boer niet kent.
Kruidig
Dus, een seconde later is ze weggeglipt. Druk in gesprek gewikkeld. In de buurt van die rosse kippenboer. Met dat gezicht in de kleur van gekookte kreeft. De bestelling klinkt door: Oito frango piri piri, se faz favor. Reuze benieuwd hoe ’t smaakt. Wij laten ons verrassen. Pure folklore, de hoogste tijd om te ervaren.
De schaal van Wilbur Scoville (1912) is een meeteenheid. Van chilipeper en pittige sauzen, las ik. Hoopvol, toch niet al te scherp? Gerustgesteld, verwachtend dat het best wel meevalt. Hoewel, paprika scoort op deze schaal nul.
Een gerecht vinden wij pittig rond de 500-1000 op de schaal van Scoville . Dat is laag in verhouding tot de wereldbevolking, naar ik begrijp. Terwijl voor piri-piri een veelvoud geldt.
Oeps, nogal heetgebakerd blijkt dit kippetje. Weet hij veel die rossige kippenboer. Een homen ruivo, in Portugees. Ontmaskerd als een levensechte rode duivel.
Winy Schalke zegt
Hallo Robert,
Die schaal van Scoville kende ik nog niet.
Wel lastig om de piri piri daarop te vinden (mij niet gelukt, jou wel?)
Robert Steur zegt
Dag Winy,
Op de schaal zelf vond ik ‘t ook niet. Wel na enig googelen kwam ik hierop: Piri Piri Facts: 50.000 op de schaal van Scoville.